Present Continuous & Past Continuous

PRESENT CONTINUOUS 
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

PRESENT CONTINUOUS 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present Continuous
When
When something happens now. Something that happens for a while.
How
I                         am walking
he/she/it          is walking
you/we/they   are walking
Signal words
now, at the moment, !
Example 
The police are investigating the murder.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

The present continuous gaat over wat nu aan het gebeuren is.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Queen Elizabeth has died. People
A
are sad
B
have been feeling sad
C
are feeling sad
D
feel sad

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present Continuous:
Pick the present continuous.
A
We hadn't been there!
B
We weren't going to go there.
C
We have never been there.
D
We are never going to go there again!

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Grammar: Present continuous
Wanneer gebruik je de Present Continuous?
A
Als iets in het verleden is gebeurd.
B
Als iets nu aan de gang is.
C
Als iets in de toekomst gaat gebeuren.
D
Als iets is gebeurd maar het is nog steeds belangrijk.

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous:
Which sentence is in the present continuous?
A
We are eating lunch at the cafeteria.
B
They have eaten lunch at the cafeteria before.
C
She ate lunch at the cafeteria.
D
He has eaten lunch at the cafeteria.

Slide 8 - Quizvraag

Present continuous
1. aan te geven dat iets NU aan de gang is. Signaalwoorden zijn o.a: "now, at the moment, listen..." enz.
2. aan te geven dat je iets van plan bent. Meestal staat er bij wanneer je in de toekomst dat van plan bent.
3. irritatie aan te geven
Maak de present continuous door: vorm van 'to be' (am/is/are) + ww+ ing
Susanne is singing right now
Charles and Camilla
Which sentence is in the present continuous?
A
live in Buckingham Palace
B
are living in Buckingham Palace
C
have been living in Buckingham Palace
D
lived in Buckingham Palace

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present Continuous:
Which sentence is in the present continuous?
A
He was working late.
B
He is working late.
C
He worked late.
D
He has worked late.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik kan de Present Continuous maken.
A
Ja :-)
B
Nee :-(
C
Een beetje

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present Simple
Present Continuous
Habit
Action happening now
Temporary situation
verb: "believe"
Changing situation
Facts

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past continuous

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

It was raining.
(past continuous)
We were singing.
(past continuous)

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vormen van de Past Continuous
onderwerp
was/were
stam+ing
voorbeeld
She
was
talking
Vraag
was/were
onderwerp
stam+ing
voorbeeld
was
she
talking?
Ontkenning
onderwerp
was/were+ not
stam+ing
voorbeeld
she
was not
talking

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

PAST CONTINUOUS:
Was it raining?
A
Correct
B
Incorrect

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

PAST CONTINUOUS
Which sentence uses the Past Continuous?
A
They film the event with a hidden camera.
B
They filmed the event with a hidden camera.
C
They are filming the event with a hidden camera.
D
They were filming the event with a hidden camera.

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

PAST CONTINUOUS
Which sentence uses the Past Continuous?
A
I worked at home last week
B
I was working at home, when the doorbell rang
C
I am working at home at the moment
D
I work at home every day

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Which one is the Past Continuous?
A
"I was heading to school yesterday"
B
"I am heading to school at 10 o'clock"

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

PAST CONTINUOUS
Which sentence uses the Past Continuous?
A
I haven't been to that film yet.
B
I was walking down the street when I tripped.
C
I lived in Utrecht in 2010
D
I am eating a sandwich.

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Past Continuous
Wanneer gebruik je de Past Continuous?
A
Wanneer iets altijd, nooit of regelmatig gebeurt.
B
Wanneer iets een tijdje bezig of aan de gang was in het verleden.
C
Wanneer iets in het verleden is gebeurd.
D
Wanneer iets in het verleden is begonnen en nu nog bezig is.

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

PAST CONTINUOUS
Which sentence uses the Past Continuous?
A
I was waiting for the bus.
B
I has waited for the bus?
C
I am waiting for the bus.
D
Ik weet het niet;(

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Begrijp je de Past Continuous na deze instructie?
A
Ja
B
Nee
C
Beter dan eerst
D
Help!

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

What did you think of this lesson?
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Give an example of a sentence in the past continuous tense.

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Explain the key difference between the past continuous and present continuous tenses.

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Identify a situation where you would use the past continuous tense in a conversation.

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies