Speelgoed van vroeger en nu
1 / 13
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
De lesdoelen van deze les:
Aan het eind van deze les weten jullie: -De verschillen en overeenkomsten tussen speelgoed van vroeger en nu.
- Van welk materiaal speelgoed vroeger werd gemaakt.
-
Slide 4 - Tekstslide
Wist je dat kinderen duizenden jaren geleden al met poppen speelden?
In de middeleeuwen speelden kinderen met vliegers, ballen, hobbelpaarden en ander speelgoed.
Het werd gemaakt van hout of botten van dieren.
Rijke kinderen. hadden speelgoed van zilver, brons of glas. Rijke meisjes hadden 150 jaar geleden poppen van stof. Het hoofdje was gemaakt porselein. Dat breekt snel, dus de meisjes speelden heel voorzichtig
Ze verdienden niet veel. Ze hadden geen geld om speelgoed te kopen. Daarom maakten ze het zelf. Poppen van restjes stof of van hout. Hele handige vaders maakten een poppenhuis van hout, met piepkleine meubeltjes. Moeders naaiden dan de gordijntjes en de dekentjes. Ouders die wel wat geld hadden, kochten soms speelgoed bij een marskramer, een rondreizende koopman. Je had nog geen speelgoedwinkels. Kinderen maakten zelf ook speelgoed. Van een wilgentak maakten ze een boog. Van oud papier maakten ze bootjes of watermolentjes.
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Verschillen:
- 1 is van hout, de ander van plastic
- 1 heeft maar 1 kleur, de ander heeft meerdere kleuren.
- 1 ziet er heel simpel uit en is zelf gemaakt door iemand, de ander kan je moeilijk zelf maken en moet je kopen.
Overeenkomsten:
- Het doel is hetzelfde, namelijk pijltjes schieten of besjes.
Slide 8 - Tekstslide
Verschillen:
- ander soort plaatjes die meer echt lijken.
- niet op elke tegel bij de oude staat een plaatje, bij de nieuwe wel.
- langwerpig, de nieuwe vierkant.
Hetzelfde:
- Het spel loopt in dezelfde richting. Het begint op dezelfde plek en eindigt op dezelfde plek.
Slide 9 - Tekstslide
Verschillen:
- de 1 is van porselein en is breekbaar, de ander, is niet breekbaar.
- De babyborn kan haar armpjes gewegen, de oude niet.
- De babyborn kan plassen maar de oude porseleinen pop niet.
- babyborn kan oogjes bewegen, porseleinen pop niet.
Hetzelfde:
- Ongeveer dezelfde grootte
- Beide hebben stoffen kleertjes aan.
- Ze zien er hetzelfde uit.
Slide 10 - Tekstslide
Verschillen:
- oude heb je wol nodig, de ander loombands.
- Oude maar een paar kleuren, nieuwe heel veel kleuren.
- Oude punnik apparaat, nieuwe loomrekje.
Overeenkomsten:
- beide kan je armbandjes maken.
Slide 11 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
We hebben net gezien dat veel speelgoed van vroeger en nu nog steeds is maar dat het veranderd is, en met de tijd mee gaat.
Bespreek even met je groepje hoe jullie denken dat het speelgoed eruit ziet over 50 jaar.
Wordt er nog met hetzelfde speelgoed gespeeld denken jullie?
Ik denk dat er over 50 jaar wel poppen zijn die je kan besturen. Zoals een robot.
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
