Vous allez
travailler à deux: 1. Je bespreekt de vragen en antwoorden samen. Je bespreekt ook samen hoe je aan deze antwoorden bent gekomen.
2. Je kijkt welke woorden nieuw waren voor jullie en je kijkt of jullie dezelfde hadden.
3. Je kijkt de antwoorden op de vragen na en vertaalt samen de nieuwe woorden.
4. We doen een korte klassikale nabespreking van de tekst en de opdracht.
Klaar? Leren klassentaal voor de SO