reclameslogans

reclame slogans


Nederlands


Pay-off
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

reclame slogans


Nederlands


Pay-off

Slide 1 - Tekstslide

Welke reclameslogans ken je?
noem er een

Slide 2 - Woordweb

Als het aan de kat lag, dan kocht ze...
A
Whiskas
B
een BMW
C
Kitkat
D
RedBull

Slide 3 - Quizvraag

Steeds verrassend, altijd voordelig!
A
C&A
B
Hema
C
Kruidvat
D
Etos

Slide 4 - Quizvraag

Wie is er niet groot mee geworden?
A
Nutella
B
Blue Band
C
Venz hagelslag
D
Calvé Pindakaas

Slide 5 - Quizvraag

“Zo lekker, het zou verboden moeten worden!”
A
Autodrop
B
Engelse drop
C
Trekdrop
D
Drop shot

Slide 6 - Quizvraag

Ik ben toch niet gek?
A
Action
B
Dekamarkt
C
Mediamarkt
D
BigBazar

Slide 7 - Quizvraag

Dat zeg ik:
A
Gamma
B
Aldi
C
Hema
D
Deka

Slide 8 - Quizvraag

SLOGAN / PAY-OFF
- zin die in het kort zegt waar je naar streeft 

-  kernachtige korte zin, vooral als reclame

Slagzin / Kreet / Leus

Slide 9 - Tekstslide

Hou het simpel

Hou het zo simpel mogelijk.
Gebruik keywords die direct met je business en doelgroep te maken hebben

Bijvoorbeeld: Gewoon bij Albert Heijn.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Zorg dat ie kleeft

Sommige slogans weten we jaren later nog steeds. Denk aan Heerlijk, Helder, Heineken.

De alliteratie plakt aan onze hersencellen. Hij is sterk,
simpel en snel.

Slide 12 - Tekstslide

Maak 'm onderscheidend.

In een dichtbevolkte diensten- en productenmarkt als de Nederlandse wil je jezelf onderscheiden van de anderen.


Een creatieve en originele slogan is een sterk wapen hier.

Slide 13 - Tekstslide

Geef een positieve draai

Je spreekt de klant aan in de taal die hij spreekt.

En zeg wat hij horen wil.

Dus jij hebt de oplossing of beleving waarnaar hij op zoek is.



Slide 14 - Tekstslide

Geen 'niet of geen'

Dit heeft een negatieve bijklank en dat wil je niet als bedrijf.


Blijf dus positief (of anders neutraal)


Slide 15 - Tekstslide

Welk onderdeel van deze les neem je mee naar je examen als je daar een pay-off moet bedenken?

Slide 16 - Woordweb

Folder
Persbericht
Redigeren
promotiemiddelen
Pay-off

Slide 17 - Open vraag

En nu:
Maak de twee opdrachten die in de weekplanner staan.

Volgende week:
Uitleg examen en oefenexamen maken

Slide 18 - Tekstslide