Achter de B kan een hoofdletter S (voor steppe) of W (voor woestijn) komen.
Achter de E kan een hoofdletter H (hooggebergte) of T (toendra) komen.
Achter de A, C en D komen kleine letters:
s: klimaat heeft een droge zomer
w: klimaat heeft een droge winter
f: klimaat heeft géén droge periode (voorbeeld: Nederland).