Mini Cours de français

De Franse taal 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransBasisschoolGroep 4-8

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

De Franse taal 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wist je dat...?
Veel Nederlandse woorden komen van de Franse taal.
Een paar voorbeelden:
Douche
Croissant
Toilet
Medaille
Citroen
Crèche
Chocolade
Etui
Restaurant








Ken jij ook leenwoorden uit het Frans?

Slide 7 - Tekstslide

Ken jij ook leenwoorden uit het Frans?

Slide 8 - Woordweb

Hoeveel stokbroden eet een Fransman per week?
A
1 of 2
B
3 of 4
C
6 of 7
D
meer dan 7

Slide 9 - Quizvraag

Q3: Wat zijn de kleuren van de Franse vlag?
A
blauw, wit, rood
B
geel en groen
C
zwart, geel, rood
D
rood en wit

Slide 10 - Quizvraag

Hoe laat eet men in Frankrijk het avondeten?
A
om 17:00
B
om 18:00
C
om 20.00
D
om 21:30

Slide 11 - Quizvraag

Wat krijg je in Frankrijk als je 'escargots' bestelt?
A
kikkerbilletjes
B
kalfstong
C
kippenlevertjes
D
slakken

Slide 12 - Quizvraag

Hoe heet de wielerwedstrijd die elk jaar in de zomer gehouden wordt in Frankrijk?
A
Boucle Basque
B
Course
C
Le Tour de France
D
Grand Tour

Slide 13 - Quizvraag

Welke van deze striphelden zijn Frans?
A
Suske & Wiske
B
Astérix & Obélix
C
Donald Duck & Mickey
D
Ironman & de Hulk

Slide 14 - Quizvraag

Hoe heet deze toren?
A
De Toren van Pisa
B
De Eiffeltoren
C
De Toren van Alhambra

Slide 15 - Quizvraag

Wat is de hoofdstad van Frankrijk?
A
Brussel
B
Madrid
C
Parijs
D
Rome

Slide 16 - Quizvraag

Wat betekent 'Bonjour'?
A
Bedankt
B
Tot ziens
C
Goedemiddag
D
Welkom

Slide 17 - Quizvraag

Hoe zeg je 'bedankt'?
A
Comment ça va
B
Bienvenue
C
Salut
D
Merci

Slide 18 - Quizvraag


Welk woord betekent 'tot ziens' in het Frans?
A
bonjour
B
ça va
C
au revoir
D
s 'il vous plaît

Slide 19 - Quizvraag

Les nombres en français
  • Samen uitspreken
  • Luisteren naar een liedje
+ meezingen
De getallen  -  les nombres
1  -> un                11  -> onze
2  -> deux            12  -> douze
3  -> trois             13 -> treize
4  -> quatre          14 -> quatorze
5  -> cinq             15 -> quinze
6  -> six                16 -> seize
7  -> sept              17 -> dix-sept
8  -> huit               18 -> dix-huit
9  -> neuf              19 -> dix-neuf
10 -> dix                20 -> vingt

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Ken je de getallen?
We doen BINGO!
3
6
10
9
4
2
Maak daarna in groepjes de opdracht

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Tekstslide