T1C leçon 11: l'adjectif - de plaats

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Programme 
pour la leçon 11
        Aujourd'hui (=vandaag) :
- Pratiquer le vocabulaire
- Grammaire : l'adjectif (het bijvoeglijk naamwoord) = de plaats
- Écouter : D'accord
- Pratiquer le dialogue 1
- Apprendre la liste 2-2
- Lire : D'accord 

mercredi 22 février

Slide 2 - Tekstslide

VOCA 2-1 F-N

Slide 3 - Tekstslide

Het bijvoeglijk naamwoord
de vorm

Slide 4 - Tekstslide

La chambre est bleu.
Is deze zin correct? Leg uit.

Slide 5 - Open vraag

Les chiens sont sympas.
Is deze zin correct? Leg uit.

Slide 6 - Open vraag

Bnw = L'Adjectif 
De PLAATS
Waar zit het bijvoeglijk nw  in het Frans?

Slide 7 - Tekstslide

Waar zit het bijvoeglijk nw in het Nederlands?

Slide 8 - Tekstslide

Nederlands: ervoor

een rode auto
een moderne stoel
mijn favoriete kleur
Frans: in principe achter het znw
une voiture rouge
une chaise moderne
ma couleur favorite

Slide 9 - Tekstslide

Maar:
Sommige bijvoeglijke naamwoorden staan voor het zelfstandig naamword, zoals:
  • grand => un grand lit = een groot bed
  • petit => une petite table = een kleine tafel
  • joli => une jolie fille = een leuke meisje
  • nouveau => un nouveau vélo = een nieuwe fiets 

Supplément page 18

Slide 10 - Tekstslide

Supplément

Faire l'exercice B page 19

Slide 11 - Tekstslide

Exercice B page 19
  1. La prof a un stylo rouge.
  2. Nous avons un grand appartement.
  3. Vous avez une cuisine moderne ?
  4. Nous avons un nouveau prof. 
  5. J’ai une chaise noire.
  6. Vous avez une voiture bleue ?
  7. Margot a une jolie armoire. / … une armoire chouette.
  8. Elle a aussi un lit rose.
  9. Vous avez un petit jardin ?
  10. Mme Lecours a deux chats gris.


Slide 12 - Tekstslide

Een moderne auto
A
Une voiture moderne
B
Une moderne voiture

Slide 13 - Quizvraag

Een leuke kast
A
une armoir joli
B
une armoir jolie
C
une joli armoir
D
une jolie armoir

Slide 14 - Quizvraag

Een nieuwe bed
A
Un lit nouveau
B
Un nouveau lit

Slide 15 - Quizvraag

Een Franse film
A
Un film français
B
Un français film
C
Un française film
D
Un film française

Slide 16 - Quizvraag

Écouter
D'accord > Chapitre 2 > 2.2 > 8 + 9

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Parlez français 
Supplément page 19

Slide 19 - Tekstslide

Pratiquer le dialogue 1 page 27
  1. 10 minutes: Travaillez les listes 1-6 et 1-7 sur Quizlet (seuls = alleen) 
  2. 10 minutes: Supplément, page 24: travaillez le dialogue 3. Maak het persoonlijk! 
  3. Twee duo's worden willekeurig gekozen om hun dialoog voor de klas te spreken.

Slide 20 - Tekstslide

Apprendre 
Quizlet voca 2-2 N-F

Slide 21 - Tekstslide

Lire
D'accord > Chapitre 2 > 2.3 > 5 + 8 

Slide 22 - Tekstslide


Les devoirs:
• Apprendre (=leren): 
- Quizlet: 2-2 N-F

• Faire (=maken):
- D'accord > Chapitre 2 > 2.3 > 5 + 8 


Slide 23 - Tekstslide