Thema 6 BS 7 Energiestromen in een ecosysteem 2V

BS 7 Energiestromen in een ecosysteem
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

BS 7 Energiestromen in een ecosysteem

Slide 1 - Tekstslide

Doel BS 7
* Je kunt de energiestroom in een ecosysteem beschrijven

Slide 2 - Tekstslide

Begrippen BS 7
trofisch niveau
energiestroom
energierijke stof

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

eerste trofische niveau
tweede trofische niveau
derde trofische niveau
vierde trofische niveau

Slide 6 - Tekstslide

Energie in stoffen
Stoffen zoals glucose (suiker) noem je energierijke stoffen.
Als de stoffen verbrand worden komt er veel energie vrij.
Ook in je cellen (en die van planten/ dieren/ bacterien/ schimmels) worden energierijke stoffen verbrand om energie vrij te maken.

Slide 7 - Tekstslide

Energie in stoffen
Planten en dieren kunnen van de ene stof de andere maken.
Bijvoorbeeld Glucose -> DNA, eiwitten, andere koolhydraten en vetten.
Het kost energie om die stoffen te maken.
Dit zijn ook allemaal energierijke stoffen.

Slide 8 - Tekstslide

Kringloop van verbranding en fotosynthese

Slide 9 - Tekstslide

Verschillen tussen dieren
Warmbloedige dieren hebben veel meer energie nodig om te blijven leven dan koudbloedige dieren.
Koudbloedige dieren gaan dus efficienter met hun voedsel om en kunnen meer energierijke stoffen omzetten in bouwstoffen = groei.



Slide 10 - Tekstslide

Efficientie
Voor 1 kg vlees is gemiddeld 5 kg plantaardig voer nodig.
Voor 1 kg insectenvlees is 2 kg plantaardig voer nodig.




Slide 11 - Tekstslide

Doel BS 7
* Je kunt de energiestroom in een ecosysteem beschrijven

Slide 12 - Tekstslide

Begrippen BS 7
trofisch niveau
energiestroom
energierijke stof

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk
Opdracht 1 t/m 3 van BS 7


Slide 14 - Tekstslide