Bronnen

Bronnen
Bij het onderzoek van het verleden spelen bronnen een belangrijke rol. Deze bronnen kun je op verschillende manieren indelen. 



1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bronnen
Bij het onderzoek van het verleden spelen bronnen een belangrijke rol. Deze bronnen kun je op verschillende manieren indelen. 



Slide 1 - Tekstslide

Primaire en secundaire bronnen  
Primaire bronnen zijn gemaakt door mensen die direct bij een kwestie betrokken zijn geweest (bijvoorbeeld ooggetuigen), secundaire bronnen zijn gemaakt door mensen die niet direct bij de kwestie betrokken zijn geweest. Deze bronnen zijn vaak in een andere tijd gemaakt.

Slide 2 - Tekstslide

Geschreven en ongeschreven bronnen
Geschreven bronnen (bijvoorbeeld kranten, brieven, dagboeken)  
Ongeschreven bronnen kun je onderverdelen in: 
  1. gesproken bronnen (bijvoorbeeld interviews) 
  2. gebouwen, voorwerpen enz. 
  3. beeldbronnen (bijvoorbeeld tekeningen, schilderijen, foto's) 
  4. bewegende beeldbronnen (film, video)

Slide 3 - Tekstslide

Beantwoord in tweetallen de volgende vragen bij jullie bron.

  1.  Is het een primaire of een secundaire bron? Leg uit waarom jullie voor dit antwoord kiezen.
  2. Is het een geschreven of een ongeschreven bron? Leg uit waarom jullie voor dit antwoord kiezen.

Slide 4 - Tekstslide

Feit, mening, interpretatie
Een feit is een gebeurtenis of omstandigheid waarvan de werkelijkheid vaststaat, doordat het ofwel zintuiglijk (horen, zien, voelen, ruiken, proeven) waargenomen ofwel (instrumenteel) gemeten kan worden.
Een feit kan gecontroleerd worden.

Slide 5 - Tekstslide

Feit, mening, interpretatie

Een mening is een subjectieve opvatting, dan wel attitude, ten opzichte van toestanden, gebeurtenissen of zaken.
Een mening is iets wat iemand ergens van vindt. Meningen kunnen verschillen.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Feit, mening, interpretatie
Een interpretatie is een uitleg van iets dat niet meteen duidelijk is of voor de hand ligt, zoals het bedenken welke betekenis kan worden gevonden in een reeks gegevens of in een beeldend werk.
De interpretatie van iets kan verschillen en is afhankelijk van degene die leest of kijkt

Slide 8 - Tekstslide

Jonge vrouw
oude vrouw
oor
kin
oog
neus

Slide 9 - Tekstslide

Beantwoord in tweetallen de volgende vragen bij jullie bron.

  1.  Schrijf een feit over jullie bron
  2. Schrijf ieder een mening op over jullie bron
  3. Kunnen jullie ook een interpretatie over de bron geven?

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk
Voor maandag 10 september. Leren de aantekeningen  over bronnen, feiten en meningen. (20 minuten)

Slide 11 - Tekstslide