Les 7 Huidaspecten

Hoofdstuk 4.3
Huidaspecten

Beautylevelboek 2
Het menselijk lichaam
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
uiterlijke verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4.3
Huidaspecten

Beautylevelboek 2
Het menselijk lichaam

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Leerdoelen
  • Je kan benoemen wat de verschillende huidaspecten zijn. 
  • Je kan uitleggen wat de verschillende huidaspecten inhoudt.  

Slide 3 - Tekstslide

Huidaspecten
Om je klanten een goed huidadvies te geven, moet je de huidcondities juist inschatten. 
Je onderzoekt de volgende huidaspecten: 
  • Huiddikte
  • Huidreliëf
  • Vochtigheidsgraad
  • Huidflora
  • Huidglans
  • Huidspanning
  • Huidskleur

Slide 4 - Tekstslide

Huiddikte
Opperhuid = tussen de 0.05 en de 0.1 mm (dunste laag van de huid).
Lederhuid = tussen de 0.5 en de 3 mm 
Onderhuid = wordt bepaald door de vetopname in de vetcellen. 

Slide 5 - Tekstslide

Huidreliëf
  • Als je de huid van dichtbij bekijkt zie je allemaal groefjes, lijntjes en putjes. De huid is niet glad maar heeft een reliëf. 
  • Het reliëf is bij ieder mens verschillend en is afhankelijk van de leeftijd.
  • Het reliëf wordt bepaald door huidveldjes, huidlijsten en talgklierporiën.
  • Huidveldjes = zichtbaar als kleine drie- en vierhoekige veldjes. (te zien op bovenkant van de hand)
  • Huidlijntjes = de dermispapillen in de papillenlaag van de lederhuid veroorzaken boogvormige lijntjes aan de oppervlakte van de huid. (je ziet ze duidelijk op de vingertoppen)
  • Huidporiën = zijn openingen van zweet en talgkliertjes in de huid. De wijdte en diepte van poriën verschil per persoon. De structuur kan grof of fijn zijn. Grove poriën = meestal een vette of gecombineerde huid. Hoe fijner de porie hoe dunner en droger de huid meestal is..

Slide 6 - Tekstslide

Vochtigheidsgraad
De vochtigheidsgraad wordt bepaald door een aantal zaken: 
  •  Een dikke hoornlaag
  • Een grote hoeveelheid keratine in de hoornlaag.
  • Een tekort aan huidvetten.
  • Een tekort aan talg in de zuurmantel. 

Vochtarm: herken je aan kleine nerfjes, die geven een craqueléachtig effect. 
Vochtrijk: ziet er gladder en strakker uit.

Meeste mensen in NL hebben een vochtarme huid. Oorzaak te veel douchen, kachels/airconditioning, zon, verkeerd gebruik cosmetica, temperatuurschommelingen. 

Slide 7 - Tekstslide

Huidflora


Op onze huid leven huidvriendelijke micro-organismen, dit wordt ook wel de huidflora genoemd.
De huidflora vormt een beschermlaag tegen ziekteverwekkende micro-organismen die van buitenaf op de huid komen. 

Een goede balans tussen verschillende micro-organismen van de huidflora is belangrijk. Bij disbalans kunnen ontstekingsziekten van de huid optreden, zoals acné of eczeem. 

Slide 8 - Tekstslide

Huidglans
De huid kan veel of weinig glanzen. 
Is de huid erg mat, dan kan het zijn dat de huid niet gezond is. 
De huidglans is afhankelijk van:
  • De zweet- en talgafscheiding: hoe meer afscheiding hoe meer glans. 
  • Fijne donshaartjes op de huid: donshaartjes geven de huid een mat uiterlijk. 
  • De conditie van de huid: een gezonde huid glanst. 

Slide 9 - Tekstslide

Huidspanning
  • De huidspanning geeft aan hoe strak de huid staat.
  • Je kunt de huidspanning meten door een huidplooi te pakken op de handrug. De grootte van de plooi laat zien hoe rekbaar de huid is. Hoe snel de plooi weer verdwijnt wanneer je deze loslaat, toont de veerkracht. Hoe rekbaarder en veerkrachtiger de plooi, hoe groter de huidspanning. 

Factoren die de huidspanning verhogen: 
Een goede gezondheid - Een gezonde lederhuid (goed functionerende bindweefselcellen) - Een goede doorbloeding en lymfedoorstroom - een hoge celspanning (turgor) - een hoge spierspanning (tonus) - onderhuidsbindweefsel.

Slide 10 - Tekstslide

Huidskleur
  • Wordt onder andere bepaald door de pigmenten in de huid.

De volgende pigmenten spelen een rol: 
  • Melanine: maakt de huid donkerder, hoe meer melanine hoe donkerder de huidskleur.
  • Caroteen: Is een kleurstof die een gele tot roodachtige kleur geeft. Wanneer je veel bètacaroteen eet (wortels) kan je huid iets geler worden.
  • Hemaglobine: is rood van kleur. Dit eiwit zorgt ervoor dat het bloed rood is. Bij inspanning kleurt de huid rood. Veroorzaakt ook de gezonde blos. 
  • Keratine: Een sterk verhoornde, dikke hoornlaag (veel keratine) maakt de huid dof. Een weinig verhoornde, dunne hoornlaag (weinig keratine) maakt de huid doorzichtig en daardoor vaak roder.

Blauwe kleur: Als bloed het zuurstof uit de longen heeft afgegeven aan de lichaamscellen, wordt het bloed zuurstofarm. In zuurstofarm bloed zit minder (oxyhemoglobine), waardoor het bloed zijn rode kleur deels verliest. Zuurstofarm bloed kleurt daarom blauw. Vingers, lippen kunnen een blauwe kleur krijgen door een gebrek aan zuurstofrijk bloed. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Huiswerk
Maken opdracht 10 
Lezen hoofdstuk 4.4 en 4.5 

Slide 13 - Tekstslide