wet en regelgeving

BIG betekent....wet...
A
Beroepen individuele gezondheidszorg
B
Bewust individuele gezondheidszorg
C
Bekwaam individuele gezondheidszorg
D
Bevoegd individuele gezondheidszorg
1 / 17
volgende
Slide 1: Quizvraag
helpendeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

BIG betekent....wet...
A
Beroepen individuele gezondheidszorg
B
Bewust individuele gezondheidszorg
C
Bekwaam individuele gezondheidszorg
D
Bevoegd individuele gezondheidszorg

Slide 1 - Quizvraag

De BIG beschermt cliënten tegen deskundig en zorgvuldig handelen van zorgverleners
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 2 - Quizvraag

Bevoegd betekent dat je...
A
je hebt de theorie gehad en je mag het uitvoeren
B
je mag de handeling doen van de wet
C
je hebt geoefend in de praktijk
D
je hebt iemand naast je die meekijkt

Slide 3 - Quizvraag

Als je vaardig bent in een handeling, je kan de omstandigheden beoordelen en je kan adequaat reageren bij complicaties dan ben je...
A
Bevoegd
B
Bekwaam

Slide 4 - Quizvraag

Je blijft ten alle tijden zelf verantwoordelijk voor het uitvoeren van een handeling.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 5 - Quizvraag

de wet WKKGZ is...
A
wet kwaliteit, klachten en verschillen zorg
B
wet kwaliteit, klachten en geschillen zorgvrager
C
wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg
D
wet kwaliteit, kwantiteit en geschillen zorg

Slide 6 - Quizvraag

Het is de bedoeling dat een ieder van de WKKGZ....kan leren zodat de zorg verbetert.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 7 - Quizvraag

WGBO gaat over..
meerdere antwoorden mogelijk
A
regelt het medisch beroepsgeheim
B
geldt voor medische onderzoeken
C
de zorgverlener geeft hiervoor toestemming
D
De cliënt moet toestemming geven

Slide 8 - Quizvraag

WZD is
A
wet ziekte en dwang
B
wet zorg en dwang
C
wet zorgvrager en dwang
D
wet ziekteverschijnsel en dwang

Slide 9 - Quizvraag

Een zorgvrager met Alzheimer haalt tot vervelends toe steeds haar kledingkast leeg... de zorgverlener verstopt de sleutel .
A
dit mag volgens de WZD
B
dit mag niet volgens de WZD

Slide 10 - Quizvraag

Een belangrijke vraag tijdens de afweging bij de WZD is..
A
Ja, omdat
B
Nee, omdat
C
Ja, tenzij
D
Nee, tenzij

Slide 11 - Quizvraag

Een cliënt mag in zijn vrijheid beperkt worden en vervolgens alleen gelaten worden.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 12 - Quizvraag

Een cliënt mag meepraten in een cliëntenraad in de zorginstelling deze wet heet de...
A
WCZM
B
MWZM
C
WMZC
D
WMCZ

Slide 13 - Quizvraag

Bij een vermoeden van huiselijk geweld moet jij dit altijd verplicht melden.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 14 - Quizvraag

De instelling waar jij werkt is verplicht om een protocol te hebben omtrent de meldcode.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 15 - Quizvraag

Het CIZ is...
A
Contact indicering zorg
B
Centrum indicatiestelling zorg
C
Centrum individuele zorg
D
Contact indicatiestelling zorg

Slide 16 - Quizvraag

Het doel van WLZ is..
A
Langdurige zorg te verlenen voor de thuiszorg
B
24- uur zorg
C
te kijken in hoeverre iemand thuis kan wonen
D
passende zorg te vinden

Slide 17 - Quizvraag