Year 1 lesson 57

Good morning!
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Good morning!

Slide 1 - Tekstslide

Planning:
PW theme 4
Grammar: overtreffende trap
Work to do
Round up

Slide 2 - Tekstslide

PW theme 4
Monday 31/5 & Tuesday 1/6
Stones
Grammar tb page 68

Slide 3 - Tekstslide

Grammar
Trappen van vergelijking
This/that/these/ those

Slide 4 - Tekstslide

This, That, These, Those

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Demonstrative pronouns
Enkelvoud
Meervoud
dichtbij
ver weg

Slide 7 - Tekstslide

die mensen= .........people
A
these
B
those
C
this
D
that

Slide 8 - Quizvraag

dat huis = ........ house
A
these
B
those
C
this
D
that

Slide 9 - Quizvraag

deze tafel = ......... table
A
these
B
those
C
this
D
that

Slide 10 - Quizvraag

this,that,these,those
I prefer ... shoes here.
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 11 - Quizvraag

.....dog over there is big
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 12 - Quizvraag

Look at ... book over there.
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 13 - Quizvraag

.... sandwich is very yummy!
A
This
B
That
C
These
D
Those

Slide 14 - Quizvraag

Look at .... cars over there
A
This
B
That
C
These
D
Those

Slide 15 - Quizvraag

Trappen van vergelijking

Slide 16 - Tekstslide

Wat zijn trappen van vergelijking?

Slide 17 - Woordweb

Vergrotende + overtreffende trap
klein - kleiner - kleinst(e)
small - smaller - smallest

groot - groter - grootst(e)
big - bigger - biggest

aardig - aardiger - aardigst(e)
nice - nicer - nicest

Slide 18 - Tekstslide

Let op woorden die eindigen op een Y!

Slide 19 - Tekstslide

Let op!

goed - beter - best
good - better - best

slecht - slechter - slechtst(e)
bad - worse - worst

Slide 20 - Tekstslide

Vergrotende trap:
-ER

Vaak wordt het woord gevolgd door THAN

Frank is fatter than Rob.

The boys are faster than us.


Overtreffende trap:
-EST

Vaak komt er voor het woord THE te staan

Rob is the fattest boy I know.

That is the fastest car ever.

Slide 21 - Tekstslide

Maar bij langere woorden...

Slide 22 - Tekstslide

Woorden van 2 of meer lettergrepen
krijgen GEEN -er of -est,
maar MORE of MOST ervoor!

I am smaller than Frank, but he is more intelligent than I am.

Jason is the sweetest baby I know, Jasmin is 
the most beautiful baby though.


Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Tekstslide

My sister has a ___ room than I have.
A
big
B
bigger
C
biggest
D
more bigger

Slide 27 - Quizvraag

I drive ___ than my husband.
A
safe
B
safer
C
safest
D
most safe

Slide 28 - Quizvraag

That group is _____ than the other group.
A
more serious
B
most serious
C
seriouser
D
seriousest

Slide 29 - Quizvraag

The teacher likes to have the ___ talks.
A
dull
B
duller
C
dullest

Slide 30 - Quizvraag

It is _____ than ever to find good football players.
A
more difficult
B
difficulter
C
most difficult
D
difficultest

Slide 31 - Quizvraag

Michael Jackson was the
___ singer ever .
A
great
B
greater
C
greatest
D
most great

Slide 32 - Quizvraag

The weather today is even ___
than yesterday.
A
badder
B
baddest
C
worse
D
worst

Slide 33 - Quizvraag

My dad is the ___ dad ever!
A
good
B
goodest
C
better
D
best

Slide 34 - Quizvraag

Work to do:

Exercise 26 & 27
wb page 106 & 107
timer
12:00

Slide 35 - Tekstslide

The end

Slide 36 - Tekstslide