Biologie V1 §3.1 Zintuigen en prikkels

online lessen

- op tijd inloggen
- de hele les camera aan
- mute
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

online lessen

- op tijd inloggen
- de hele les camera aan
- mute

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 3    Waarnemen
gaat over: 
  • zintuigen, prikkels, reageren
  • zien
  • horen
  • ruiken en proeven
  • hersenen

Slide 2 - Tekstslide

deze week §3.1 zintuigen en prikkels
Je leert:

  • welke zintuigen je hebt en waar
  • welke prikkels erbij horen
  • hoe je lichaam reageert op prikkels en de rol van het zenuwstelsel.

Slide 3 - Tekstslide

Dieren moeten hun omgeving kunnen waarnemen om te overleven. Ze moeten kunnen reageren.

Slide 4 - Tekstslide

Je neemt je omgeving waar met zintuigen.

  • gezichtszintuig. (licht zintuig)
  • gehoor zintuig
  • reuk zintuig
  • smaak zintuig
  • warmte zintuig
  • koude zintuig
  • tast zintuig
  • pijn zintuig

Slide 5 - Tekstslide

  • gezichtszintuig. (licht zintuig)
  • gehoor zintuig
  • reuk zintuig
  • smaak zintuig
  • warmte zintuig
  • koude zintuig
  • tast zintuig
  • pijn zintuig

Slide 6 - Tekstslide

Bij elk soort zintuig past een bepaalde prikkel.
Prikkels
  • licht
  • geluid
  • geurstoffen
  • smaakstoffen
  • hoge temp.
  • lage temp.
  • voorwerpen
  • pijn


Zintuigen
  • gezichtszintuig (licht zintuig)
  • gehoor zintuig
  • reuk zintuig
  • smaak zintuig
  • warmte zintuig
  • koude zintuig
  • tast zintuig
  • pijn zintuig

Slide 7 - Tekstslide

Prikkel verwerking

  1. een zintuig zet een prikkel om in een elektrisch signaal = impuls
  2. impulsen gaan via gevoelszenuwen naar de hersenen.
  3. waarneming, je wordt je bewust van de prikkel
  4. Je kunt reageren op de prikkel : de hersenen sturen impulsen via bewegingszenuwen naar spieren.

Slide 8 - Tekstslide

zenuwcel

korte uitlopers

cel lichaam met celkern

 lange uitloper

De lange uitlopers zitten samen in een zenuw.

Slide 9 - Tekstslide

Wat is de juiste volgorde ?

impuls door motorische zenuw, hersencentrum
prikkel, spier, impuls door sensorische zenuw

Slide 10 - Open vraag

prikkel-> impuls in gevoelszenuw -> hersenen -> impuls in bewegingszenuw -> spier

Slide 11 - Tekstslide

  • impulsen lopen door de zenuwen naar de hersenen.

  • een gedeelte van de zenuwen ligt in het ruggenmerg.

  • zenuwstelsel = hersenen, zenuwen en ruggenmerg

Slide 12 - Tekstslide

Een gedeelte van de hersenen waar de impulsen van bepaalde gevoelszenuwen samenkomen noem je een hersencentrum.

Slide 13 - Tekstslide

Leg in eigen woorden uit wat een prikkel is en wat een impuls is?

Slide 14 - Open vraag

Zelf aan het werk: magister me §3.1

Slide 15 - Tekstslide