Erfelijkheid Geslachtelijke en Ongeslachtelijke Voortplanting b6

Thema 3  Erfelijkheid b 6 Geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 3  Erfelijkheid b 6 Geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting

Slide 1 - Tekstslide

leerdoel
Je kunt de verschillen tussen geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting noemen.

Je kunt beschrijven wat kunstmatige selectie en veredeling is.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting
Geslachtelijke voortplanting = versmelting van een eicel en een zaadcel. Bij een plant is dat een eicel en een stuifmeelkorrel. De geslachtscellen zijn ontstaan bij de meiose. 
- ontstaan van organisme met telkens andere genotypen. 

Ongeslachtelijke voortplanting = een deel van de plant groeit uit tot een nieuwe plant. De nieuwe cellen ontstaan door mitose. 
- nakomelingen met hetzelfde genotype

Slide 4 - Tekstslide

Mitose 

Meiose

Slide 5 - Tekstslide

Geslachtelijke voortplanting bij planten
Als je iets leest van:
bloem
zaad
vrucht
stuifmeelkorrel en een eicel ..... 
dan is het geslachtelijke voortplanting

Slide 6 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting bij planten
Als uit een deel van een plant een nieuwe plant groeit, is dit ongeslachtelijke voortplanting.

Er is GEEN eicel, GEEN stuifmeelkorrel voor nodig.

De nieuwe plant is genetisch 100% gelijk aan de moederplant

Slide 7 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting bij planten
Voorbeelden:
  • deling           (vb eencellige alg)
  • wortelstok  
  • uitloper
  • stekken

Slide 8 - Tekstslide

Wortelstok
Wortels groeien naar de zijkant. 
Een stukje verderop groeit er uit de wortel een nieuwe plant

Slide 9 - Tekstslide

Uitlopers
Er komen speciale stengels uit  de plant.
Waar deze stengels de grond raken groeit een nieuwe plant.

Slide 10 - Tekstslide

knollen en bollen
Uit een knol (bijvoorbeeld aardappel) groeit een nieuwe plant
Uit een bol (bijvoorbeeld ui) groeit een nieuwe plant

Slide 11 - Tekstslide

knollen en bollen

Slide 12 - Tekstslide

Ook ongeslachtelijk

Slide 13 - Tekstslide

Bij planten komt zowel geslachtelijke als ongeslachtelijke voortplanting voor.


Bij ongeslachtelijke voortplanting groeit een deel van een plant uit tot een nieuwe plant.


Bij ongeslachtelijke voortplanting zijn er géén twee ouderplanten nodig.


Ongeslachtelijke voortplanting kan op verschillende manieren plaatsvinden.

Bij ongeslachtelijke voortplanting groeit een deel van een plant uit tot een nieuwe plant.


Bij ongeslachtelijke voortplanting zijn er géén twee ouderplanten nodig.


Ongeslachtelijke voortplanting kan op verschillende manieren plaatsvinden.


Klik op de groen knoppen!!!

Deling
Stekken
Knollen
Bollen
Uitlopers en wortelstokken

Slide 14 - Tekstslide

Verklaar
Organismen die zowel geslachtelijk als ongeslachtelijk kunnen voortplanten, kiezen voor ongeslachtelijke voortplanting als omstandigheden gunstig zijn en ze daardoor snel veel nakomelingen kunnen krijgen

Ze kiezen voor geslachtelijke voortplanting als de omstandigheden ongunstig zijn, door de variatie is de kans groter dat een nakomeling overleeft

Slide 15 - Tekstslide

Je krijgt nu vragen over geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting

Slide 16 - Tekstslide

Hebben de dochtercellen bij de meiose hetzelfde genotype of hebben ze verschillende genotypen?
A
Hetzelfde genotype
B
Verschillende genotypen

Slide 17 - Quizvraag

Hebben de dochtercellen bij mitose hetzelfde genotype of hebben ze verschillende genotypen?
A
Hetzelfde genotype
B
Verschillende genotypen

Slide 18 - Quizvraag

Hebben zaadcellen bij de man allemaal hetzelfde genotype of hebben ze verschillende genotypen?
A
Hetzelfde genotype
B
Verschillende genotypen

Slide 19 - Quizvraag

Hebben alle spiercellen van een man hetzelfde genotype of hebben ze een ander genotype?
A
Hetzelfde genotype
B
Verschillende genotypen

Slide 20 - Quizvraag

Vind ongeslachtelijke voortplanting plaats door de gewone celdeling (mitose) of door reductiedeling (meiose)?
A
Gewone celdeling
B
Reductiedeling

Slide 21 - Quizvraag

Je ziet een lelietje-van-dalen in de afbeelding hiernaast.
Kan het lelietje-van dalen zich ongeslachtelijk voortplanten?
Kan het lelietje-van dalen zich geslachtelijk voortplanten?
hint
Zie je een bloem/zaad/vrucht?  Dan is het geslachtelijk
Zie je wortelstokken/uitlopers/stekken/knol/bol?  Dan is het ongeslachtelijk
A
ja, ongeslachtelijk en ja, geslachtelijk
B
ja, ongeslachtelijk en nee, niet geslachtelijk
C
nee, niet ongeslachtelijk en ja, geslachtelijk
D
nee, niet ongeslachtelijk en nee, niet geslachtelijk

Slide 22 - Quizvraag

1. Alle dieren kunnen zich geslachtelijk voortplanten
2. Alle dieren kunnen zich ongeslachtelijk voortplanten
3. Alle planten kunnen zich geslachtelijk voortplanten
4. Alle planten kunnen zich ongeslachtelijk voortplanten
hint
Kijk goed of de bewering ALTIJD klopt!
hint 2
Kunnen alle planten zich geslachtelijk voortplanten?? Eencellige planten niet!
Denk zo ook na over de andere opmerkingen
A
alle beweringen zijn waar
B
1 en 2 zijn waar 3 en 4 zijn niet waar
C
1 en 3 zijn waar 2 en 4 zijn niet waar
D
alle beweringen zijn niet waar

Slide 23 - Quizvraag


Oeverkruid plant zich voort door uitlopers en door zaden.
Geef bij elk van deze manieren van voortplanting aan of die geslachtelijk of ongeslachtelijk is.
A
uitlopers = geslachtelijk zaden = geslachtelijk
B
uitlopers = ongeslachtelijk zaden = geslachtelijk
C
uitlopers = geslachtelijk zaden = ongeslachtelijk
D
uitlopers = ongeslachtelijk zaden = ongeslachtelijk

Slide 24 - Quizvraag

Bij ongeslachtelijke voortplanting heb je twee planten nodig
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

In de afbeelding is een krokusknol met enkele scheuten getekend. De scheuten kunnen van de knol worden gehaald en verder groeien als afzonderlijke planten.
Is dit een voorbeeld van geslachtelijke voortplanting of ongeslachtelijke voortplanting?
A
geslachtelijke voortplanting
B
ongeslachtelijke voortplanting

Slide 26 - Quizvraag

Wat is geen voorbeeld
van ongeslachtelijke voortplanting bij planten?
A
Deling en stekken
B
Bollen en knollen
C
Uitlopers en wortelsstokken
D
Stuifmeelkorrels en eicellen

Slide 27 - Quizvraag

Geef drie voorbeelden van ongeslachtelijke voortplanting

Slide 28 - Open vraag

Op welke manier kan een aardappelplant zich voortplanten?

Slide 29 - Open vraag

Een mevrouw maakt 4 stekjes van haar begonia plant. Zo krijgt ze 4 nieuwe planten. Hebben deze planten hetzelfde genotype?

Slide 30 - Open vraag

Een mevrouw maakt 4 stekjes van haar begonia plant. Zo krijgt ze 4 nieuwe planten. Hebben deze planten dan ook hetzelfde fenotype?

Slide 31 - Open vraag

Wat klopt helemaal?
A
Voor geslachtelijke voortplanting zijn twee ouders en twee geslachtcellen nodig. Voor ongeslachtelijke voortplanting is één ouder en één geslachtscel voldoende.
B
Voor geslachtelijke voortplanting is minimaal één ouder en twee geslachtcellen nodig. Voor ongeslachtelijke voortplanting is één ouder voldoende.
C
Voor geslachtelijke voortplanting zijn twee, ouders en twee geslachtcellen nodig. Voor ongeslachtelijke voortplanting zijn geen geslachtcellen nodig.
D
Voor geslachtelijke voortplanting zijn één ouder en twee geslachtcellen nodig. Voor Ongeslachtelijke voortplanting is één ouder en één geslachtscel voldoende

Slide 32 - Quizvraag