herhaling verhaalanalyse: tijd en ruimte

Herhaling verhaalanalyse: tijd en ruimte
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Herhaling verhaalanalyse: tijd en ruimte

Slide 1 - Tekstslide

Gebeuren
  • Chronologisch en niet-chronologische opbouw
  • terugblikken (flashbacks
  • vooruitwijzingen (flash forwards)

Slide 2 - Tekstslide

Is hier sprake van een flashback of een flash forward?
"‘Geweldig Mr Bohlen, het is precies goed.’ ‘Maar ik vind het een beetje sentimenteel, mijn jongen.’ 'Nee meneer, zo’n verhaal verkoopt, dat zult u zien.’ ‘In zijn opwinding draaide Adolph Knipe nog zes verhalen uit de machine, binnen een tijd van zes minuten. En ze leken allen heel goed, behalve één, die om een of andere reden een beetje obsceen was uitgevallen."
A
flashback
B
flash forward

Slide 3 - Quizvraag

Tijd
  • De tijd heeft grote invloed op de gebeurtenissen en het handelen van de personages.
  • Vertelde tijd = hoeveel tijd er verstreken is (minuten, dagen, maanden, jaren)
  • Verteltijd = aantal zinnen, bladzijdes, hoofdstukken
  • Tijdvertraging = een gebeurtenis heel uitgebreid beschrijven en de tijd oprekken
  • Tijdversnelling/verdichting = uren, dagen en jaren kunnen binnen één zin verstrijken.

Slide 4 - Tekstslide

Is hier sprake van tijdvertraging of van tijdversnelling/verdichting?

"Gedurende het laatste jaar – het eerste volle jaar dat de machine in werking was gesteld – werd volgens schatting minstens de helft van al de Engelse romans door Adolph Knipe op zijn verhalenmachine geproduceerd."
A
tijdvertraging
B
tijdversnelling/ verdichting

Slide 5 - Quizvraag

Ruimte
  • De ruimte of setting is meer dan een decor, het is bepalend voor de sfeer en voor de handelingen die kunnen plaatsvinden. 
  • De functionele ruimte: de plaats van de handeling is van groot belang voor het verhaal. De ruimte heeft een functie. 
  • De decoratieve ruimte: de ruimte heeft geen belang in het verhaal. De ruimte is functieloos en is er enkel ter decoratie. 
  • De begeleidende ruimtekarakteristieke ruimte of symbolische ruimte: de ruimte ondersteunt de handeling van de personages.
  • De contrasterende ruimte: de plaats van handeling staat in contrast met de handeling. 

Slide 6 - Tekstslide

Van welk soort ruimte is
hier sprake?
A
functionele ruimte
B
decoratieve ruimte
C
begeleidende ruimte
D
contrasterende ruimte

Slide 7 - Quizvraag

Vertelperspectief
Het vertelperspectief bepaalt in hoge mate hoe de lezer het verhaal ervaart
Drie soorten vertellers: 
1. Ik-verteller
                 - Belevende ik = neemt zelf deel aan de gebeurtenissen en is dus een personage in het                        verhaal (subjectief, onbetrouwbaar perspectief).
                 - Vertellende ik = vertelt over de gebeurtenissen en personages.
2. Hij/zij-verteller of personale verteller = deze verteller is niet merkbaar aanwezig en laat andere personages aan het woord, enkel- of meervoudig perspectief.
3. Alwetende of auctoriale verteller = deze verteller staat als het ware boven het verhaal en heeft inzicht in alle personages, in het heden, in het verleden en de toekomst, de auctoriale verteller kan expliciet aanwezig zijn of afwezig (neutraal perspectief).

Slide 8 - Tekstslide

Van welk perspectief
is hier sprake?
A
belevende ik
B
vertellende ik
C
hij/zij-verteller of personale verteller
D
alwetende of auctoriale verteller

Slide 9 - Quizvraag

Stijl
  • Geen grondelement, maar wel de essentie van de literaire vertelkunst.
  • Het is de karakteriserende manier waarop een schrijver de taal gebruikt om zijn verhaal te vertellen. 
  • Sobere vs. poëtische stijl

Slide 10 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen de verteltijd en de vertelde tijd?

Slide 11 - Open vraag

Welke vier soorten ruimtes zijn er?

Slide 12 - Open vraag

Welke drie soorten vertellers zijn er?

Slide 13 - Open vraag

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: maandag 25 maart
  • Huiswerk: -
  • Meenemen: laptop
  • Programma: werken aan de podcast

Woensdag 27 maart 23.59 uur inleveren podcast! 

Slide 14 - Tekstslide