Aussprache 4 VWO




Unterricht 1: Aussprache s-Silbe
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les




Unterricht 1: Aussprache s-Silbe

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Aussprache
(z) begin woord/ lettergreep 
Sonne, sagen, Sommersonntag, Vase

(s) zoals in het Nederlands
das, hässlich, heiß



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Aussprache
z
(ts)
Zeit, Anzeige, Ziel, zittern

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Aussprache
sch
st,sp begin lettergreep ( scht, schp)
Schule, schon, deutsch, Straße, Sport

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aussprache
Wasser                       gespannt
reisen                          Tasse
Weizen                        Tasche
Skizze                           Stuhl
sitzen                            gestehen
Kissen                           gestern

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aussprache - Übung
Übe deine Aussprache zu zweit oder zu dritt.

Schaue dir den Text USA, Los Angeles - Schülersprachreisen an (Seite 115).
Jede Person spricht einen Satz, die andere Person kontrolliert und eventuell verbessert die Aussprache.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Unterricht 2: klinkers

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wiederholung Aussprache s-Silbe
Zungenbrecher:

1: Der Zahnarzt zieht Zähne mit Zahnarztzange im Zahnarztzimmer.

2:  In einem Schokoladenladen laden Ladenmädchen Schokolade aus. Ladenmädchen laden in einem Schokoladenladen Schokolade aus.

3: Schatz, schau: Schönis schöne Schwester schwänzt schon wieder.

4: Sommer, Sonne, Sonnenbrand, sang Susi sonnabends am Strand.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Aussprache: klinkers
Klinkers (-a, -e, -i, -o, -u) kunnen kort of lang worden uitgesproken

  • Korte uitspraak
-voor een dubbele medeklinker --> Ratte
-bij meer medeklinkers aan het einde van een woord of lettergreep --> kalt

  • Lange uitspraak
-voor een enkele medeklinker --> nur
-voor een -h + medeklinker --> Bahnsteig
-in open lettergrepen (= lettergrepen die op een klinker of tweeklank eindigen) --> laden, Liter



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aussprache
Wasser                       setzen
radeln                         lehnen
Kino                             Nachmittags
hoffen                         Gras
Hund                           mehr
Blumen                        zuvor

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vokale (klinkers): das a-Umlaut
Spreek het woord eerst voor jezelf uit, klik er dan op een spreek het na.



Mädchen
später
Käse
in der Nähe
eine ältere Schwester
Niederländisch
Pläne

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Erklärung: Vokale (klinkers)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welche Aussprache ist richtig?
Mädchen
A
a
B
aa
C
e
D
ee

Slide 13 - Quizvraag

käse
Aussprache
Wie sagt man:

Kapitän
Sauer
Spaß
Spät
üben
Sein
Polizei
hören


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aussprache - Übung
Übe deine Aussprache zu zweit oder zu dritt.

Schaue dir den Text Abitur in Schwarz-Weiß an (Seite 140) --> Absatz 1, 2, 3.
Jede Person spricht einen Satz, die andere Person kontrolliert und eventuell verbessert die Aussprache.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Unterricht 3: -ch und -g

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

"g" - "ch"
de "g" klinkt als Engelse "g" > goodluck - Gutemorgen

ch
na "a - o u of au" (AUTO) klinkt de "ch" hard (ach-laut): lachen
na andere klanken zacht (ich-laut): Milch, leicht


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ich-Laut
Ach-Laut
Nacht
Tochter
Töchter
München
leicht
brauchen
Rechnung
Handtuch

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

  1. groß
  2. gern
  3. Gemüse
  4. Grünkohl
  5. Gurke
  6. Geburtstag
  7. Honig
  8. wenig
  9. wichtig
  10. ruhig
  11. zwanzig
  12. dreißig 
  1. ich
  2. acht
  3. Milch
  4. Pech
  5. auch
  6. Buch
  7. Lachs
  8. Wachs
  9. Fuchs
  10. Ochs
  11. sechs
  12. Wachs 
Aussprache g & ig
Aussprache ch & chs

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aussprache
  • Ich-Laut & Ach-Laut

  • ch nach a, o, u und au --> Ach-Laut
  • ch nach andere Vokale (klinkers) und Konsonanten (medeklinkers)  --> Ich-Laut (zachte g)

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ach-Laut
De harde 'g'

Na een a, o, u of au

Voorbeelden:
auch
Knochen
machen





 



Ich-Laut
De zachte/Limburgse 'g'

De rest

Voorbeelden:
nicht
leicht
Mädchen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vokale: das o-Umlaut
Spreek het woord eerst voor jezelf uit, klik er dan op een spreek het na.



Köln
Österreich
wir können
zwölf
Musik hören
Französisch

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vokale: das u
Spreek het woord eerst voor jezelf uit, klik er dan op een spreek het na.



Kuh
vier Uhr
Urlaub
meine Mutter
Musik hören
mein Bruder

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vokale: das u-Umlaut
Spreek het woord eerst voor jezelf uit, klik er dan op een spreek het na.



Tür
fünfzehn
jüngere Schwester
Prüfungen
Tschüs
üben

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vokale:eu / äu
Spreek het woord eerst voor jezelf uit, klik er dan op een spreek het na.



Europa
15 Euro
Freunden
Häuser
Träume
Gebäude

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vokale: y
Spreek het woord eerst voor jezelf uit, klik er dan op een spreek het na.



Gymnasium
Olympische Spiele
Ypsilon

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies