formatieve toets vocabulaire chapitre 1 F-N+N-F oktober 2021 P1 6e ed

Wat betekent "Je suis"?
1 / 23
volgende
Slide 1: Open vraag
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat betekent "Je suis"?

Slide 1 - Open vraag

Wat betekent "la piscine"?

Slide 2 - Open vraag

Wat betekent "pourquoi"?

Slide 3 - Open vraag

Wat betekent "le copain"?

Slide 4 - Open vraag

Wat betekent "le frère et la soeur"?

Slide 5 - Open vraag

Wat betekent "il y a "?

Slide 6 - Open vraag

Wat betekent"J'habite à Voorschoten"?

Slide 7 - Open vraag

Wat betekent"Comment tu t'appelles"?

Slide 8 - Open vraag

Wat betekent"C'est quoi"?

Slide 9 - Open vraag

Wat betkent "C'est un chien"!

Slide 10 - Open vraag

Wat betekent"ici"?

Slide 11 - Open vraag

Wat betekent"les devoirs?

Slide 12 - Open vraag

Wat betekent"cherche"?

Slide 13 - Open vraag

Wat betekent "Je ne comprends pas"?

Slide 14 - Open vraag

Hoe vertaal je "Het is een hond"?
A
Il a un chien?
B
C'est un chien?
C
C'est un chat?
D
C'est une soeur?

Slide 15 - Quizvraag

Hoe vertaal je "Ik heet Roos"?
A
Je m'appele Roos
B
je m apelle Roos
C
Je m'appelle Roos
D
Je m'appeles Roos

Slide 16 - Quizvraag

Hoe vertaal je"Waar woon je"?
A
Il hebaite où?
B
Tu habites ici?
C
Tu habittes ou?
D
Tu habites où?

Slide 17 - Quizvraag

Hoe vertaal je"Hallo, hoe gaat het"?
A
Salut, ça vas?
B
Bonjour, ca va?
C
Bonjour, ça va?
D
Bonjour, bien?

Slide 18 - Quizvraag

Hoe vertaal "Hoe heet jij"?
A
Comment tu tapeles?
B
Comment il appelles?
C
Comment tu t'appeles?
D
Comment tu t'appelles?

Slide 19 - Quizvraag

Hoe vertaal je"Ik vind leuk"?

Slide 20 - Open vraag

Hoe vertaal je "maar"?

Slide 21 - Open vraag

Wat is het tegenovergestelde van "grand"?
A
drôle
B
fou
C
petit
D
beau

Slide 22 - Quizvraag

Hoe vond je de toets gaan?

Slide 23 - Open vraag