Cambridge lesson 3 B2 first

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today's class
  • Starter: Grammar quiz: parts of speech and irregular verbs

  • Main course
- Word formation (part 3 RUE)
-  Speaking part 1 

  • Dessert: Boggle

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Homework:
Any questions??

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Quiz: present simple vs. present continuous (zie link in planner)
Which part of speech expresses strong emotions or surprises?
A
Adverb
B
Interjection
C
Noun
D
Conjunction

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Which part of speech replaces a noun or noun phrase?
A
Preposition
B
Interjection
C
Pronoun
D
Adjective

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Which part of speech modifies a noun or pronoun?
A
Adverb
B
Adjective
C
Conjunction
D
Verb

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Which part of speech is used to connect words, phrases, or clauses?
A
Pronoun
B
Conjunction
C
Preposition
D
Interjection

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Which part of speech describes an action or occurrence?
A
Verb
B
Adverb
C
Adjective
D
Noun

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Irregular verbs

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

RUE Part 3: word formation

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

assignment: word formations

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

How do you do this?
First look at the infinitive:
"to know"

What words can you form from this word?
Then catagorize them into groups: 
Nouns, verb, adjectives and adverbs

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let's start
Look at the words in bold:

What is the part of speech for each word:
Is it a noun?
Is it an adjective?
Is it an adverb?
timer
6:00

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Compete = verb
Impress = verb
Response = noun
High = adjective
Agriculture = noun
Move = verb
Possible = adjective
Populate = verb
Real = adjective

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

For each gap think about

  1. What type of word do we need to make?
  2. What is the meaning of the sentence?

Fill out the sample task: ask yourself these questions for each word. Note down what change has been required, e.g. noun to adjective.


timer
10:00

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Speaking part 1: page 11

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Give details
When?
Where?
Who with?
How often?
Why?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Student's book
Work with a partner and ask and answer the questions in excercise 5: character adjectives

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let's play an online round of Boggle.
Who can find the most words?
https://wordshake.com/boggle

Slide 23 - Tekstslide

Dessert 1.7
Homework
Student’s book:
Wordlist unit 1
Finish page 10 and 12
Listen to a podcast


Next week: quiz about the present tense


Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies