Deutschlandlabor Folge 6: Wohnen

• Duits
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 2

Deutschlandlabor: Wohnen

Wie wohnen die Deutschen eigentlich? Nina und David wollen herausfinden (=uitzoeken), ob es die typisch deutsche Wohnung gibt. Und sie versuchen außerdem (=proberen bovendien), eine Wohnung zu finden. Nicht ganz einfach (=makkelijk) in der Großstadt …

Heute lernst du:

-Wie unterschiedlich die Deutschen wohnen

-Was Deutschen an einer Wohnung am wichtigsten ist

-Wie man in Deutschland eine Wohnung sucht

Aufgabe 1:

Bekijk de plaatjes. Kies daarna het goede Duitse woord uit dat erbij hoort. 

Wähle das richtige deutsche Wort.

1. das Bad
2. das Wohnzimmer
3. die Küche

Wähle das richtige deutsche Wort.

1. das Wohnzimmer
2. das Arbeitszimmer
3. das Schlafzimmer

Wähle das richtige deutsche Wort.

1. das Wohnzimmer
2. das Arbeitszimmer
3. das Schlafzimmer

Wähle das richtige deutsche Wort.

1. das Wohnzimmer
2. das Badezimmer
3. das Schlafzimmer

Wähle das richtige deutsche Wort.

1. das Wohnzimmer
2. das Badezimmer
3. das Schlafzimmer

Wat zou het woord "Zimmer" kunnen betekenen, als je kijkt naar de vorige opdrachten?

Bekijk nu de hele video!

Beantwoord daarna de volgende vragen

De meeste Duitsers hebben een eigen huis.

1. Richtig
2. Falsch

Een gezellige woonkamer en een chique keuken zijn voor voor veel Duitsers belangrijk

1. Richtig
2. Falsch

Voor studenten zijn veel woningen te duur

1. Richtig
2. Falsch

Bekijk nu de video nogmaals

Op de volgende slide ga je de video nogmaals bekijken. Nu komen er telkens een paar vragen tevoorschijn. Beantwoord deze.

00:47

Een persoon heeft gemiddeld 40 vierkante meter om op te wonen in Duitsland.

1. Richtig
2. Falsch

00:47

Gemiddeld woont in Duitsland in 1 huishouden 1 persoon

1. Richtig
2. Falsch

01:12

Hoe ziet een typisch Duitse woning eruit?
Meerdere antwoorden zijn goed!

1. Licht
2. De woning heeft een badkuip
3. Er is veel hout
4. Er zijn 3 kamers

01:12

Wat is belangrijk voor de personen in hun eigen woning?

1. Het is belangrijk dat ze niet alleen wonen
2. Het bed
3. Een eigen kamer
4. Een woonkamer met grote ramen

02:33

De Duitsers..

1. Zijn graag thuis
2. Zijn graag in de keuken
3. Houden van praktische meubels
4. Geven weinig geld uit aan hun inrichting

02:33

Om ervoor te zorgen dat de woning er gezellig uit komt te zien, moet men..

1. veel stof gebruiken
2. veel tapijt op de grond leggen
3. warme kleuren uitzoeken
4. een grote sofa in de woonkamer neerzetten

04:44

De huurprijzen zijn..

1. in Berlijn heel hoog
2. in Hamburg heel hoog
3. in München heel hoog

04:44

David en Nina..

1. krijgen de woning
2. willen de woning niet huren, omdat hij te groot is
3. kunnen de woning niet huren

04:44

Kies de goede uitspraak:

1. Nina en David bekijken een woning
2. De woning heeft 3 kamers
3. Nina en David spreken af met de verhuurder
4. Er zijn nog meer mensen, die interesse in de woning hebben

Welk woord wordt hier uitgelegd? Klik het goede antwoord aan!

Das ist ein Wohnhaus, in dem eine Familie wohnt.

1. das Mehrfamilienhaus
2. das Einfamilienhaus

Das ist eine Wohnung mit einem Bad und einem Zimmer, das gleichzeitig Schlaf-, und Wohnzimmer sowie Küche ist.

1. das Ein-Zimmerappartement
2. die Drei-Zimmer Wohnung

Das ist ein Haus, das mit anderen, ähnlichen Häusern Wand an Wand nebeneinander gebaut ist.

1. die Wohnung
2. das Reienhaus

Ein Haus mit mehreren Wohnungen.

1. der Wohnbereich
2. das Mehrfamilienhaus