3.2 Nederland en Europa

3.2 Nederland en Europa
H2C
Pak je schrift + pen
GEEN LAPTOP NODIG VANDAAG!
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

3.2 Nederland en Europa
H2C
Pak je schrift + pen
GEEN LAPTOP NODIG VANDAAG!

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling - uitschrijven leerdoelen
  • Je kunt uitleggen waarom regenten zo machtig waren.
  • Je kunt uitleggen waarom Amsterdam zo’n belangrijke stad werd en dit koppelen aan het begrip ‘stapelplaats’.
  • Je kunt uitleggen wat er wordt bedoeld met de term de Gouden Eeuw.
  • Je kunt uitleggen waarom de steden begonnen te groeien. Je kan dit koppelen aan het begrip ‘werkgelegenheid’.

timer
15:00

Slide 2 - Tekstslide

Voorbeeld
Waarom zijn regenten zo machtig? Regenten waren rijke handelaren en kooplieden (adel)  in de steden, die de macht hadden om beslissingen te nemen in de Staten en Staten-generaal. Ze bepaalde dus het bestuur in de Nederlanden.

Waarom Amsterdam zo’n belangrijke stad werd en het begrip ‘stapelplaats’: Amsterdam werd door de  handel een grote belangrijke stad . Het was een ‘stapelplaats’, wat betekent dat goederen hier werden opgeslagen en doorverkocht naar andere plekken met winst. Hierdoor nam de rijkdom toe en werd de stad bekend.

Wat de Gouden Eeuw is: De Gouden Eeuw is een bloei periode in Nederland (ongeveer de 17de eeuw) waarin het land erg rijk werd door handel, kunst, wetenschap en andere ontwikkelingen.

Waarom de steden begonnen te groeien en het begrip ‘werkgelegenheid’: Steden groeiden omdat er veel werk was. ‘Werkgelegenheid’ betekent dat er veel banen waren,. Hierdoor verhuisden steeds meer mensen naar de stad  voor werk.

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel 
Je weet wanneer het rampjaar was en wat er toen gebeurde.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Republiek in oorlog
1672: Rampjaar

Vier vijanden tegelijk vallen Nederland aan: Engeland, Frankrijk, Münster (DUI) en Keulen (DUI)






Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Herhaling 3.1: Machthebbers in Europa
Ga naar LessonUp en vul de code in.
Gebruik je eigen naam!
Vul code: jeyqu

Slide 9 - Tekstslide

Wat is absolutisme?

Slide 10 - Open vraag


Op welke drie manieren vergrootte Lodewijk XIV zijn binnenlandse macht?

Slide 11 - Open vraag

Leg uit hoe de Republiek (der zeven verenigde Nederlanden) werd bestuurd?
Stap 1: Eerst uit je hoofd! Formuleer in hele zinnen.
Stap 2: Boek erbij pakken
Stap 3: Denken, Delen, Uitwisselen. Bespreek het met je buurman/vrouw. 
timer
10:00

Slide 12 - Tekstslide

De Gouden Eeuw

Slide 13 - Woordweb

Slide 14 - Tekstslide

3.2 - Nederland en Europa

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

3.2 - Nederland en Europa
Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen waarom regenten zo machtig waren.
  2. Je kunt uitleggen waarom Amsterdam zo’n belangrijke stad werd en dit koppelen aan het begrip ‘stapelplaats’.
  3. Je kunt uitleggen wat er wordt bedoeld met de term de Gouden Eeuw.
  4. Je kunt uitleggen waarom de steden begonnen te groeien. Je kan dit koppelen aan het begrip ‘werkgelegenheid’.
  5. Je weet wanneer het rampjaar was en wat er toen gebeurde.

Slide 17 - Tekstslide

1588 - 1795

Slide 18 - Tekstslide

Gouden Eeuw
Gouden eeuw: de Republiek was het rijkste land van Europa in de 17e eeuw. 

Door handel kon er veel geld verdiend worden Bloei van de economie




Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

1: Hoe werd de handel met de Oostzee ook wel genoemd?
2: Waarom was dit zo belangrijk voor de Nederlanden?
timer
2:00

Slide 21 - Open vraag

De Amsterdamse stapelplaats
  • In de 17e eeuw verzorgden de Nederlandse schepen in heel Europa een groot deel van de internationale handel
  • Amsterdam werd een stapelplaats: kooplieden sloegen producten die ze kochten op in pakhuizen en verkochten ze daarna in binnen- en buitenland
  • Kooplieden dreven handel in een speciaal gebouw: de beurs



Slide 22 - Tekstslide

Pakhuizen
Handelaren konden in deze pakhuizen hun producten opslaan en vervolgens verkopen wanneer de prijs gunstig was.

  • Bloei nijverheid

Slide 23 - Tekstslide

Kapitalisme en handelskapitalisme
Handelaren probeerden zoveel mogelijk winst te behalen. Dit noemt men kapitalisme.

Kooplieden hielden zich zowel bezig met handel en nijverheid. Een deel van de winst investeren ze in hun onderneming. (Handelkapitalisme)

Slide 24 - Tekstslide

Groeiende steden
Bloeiende economie -> veel werkgelegenheid -> groei van steden -> wereldeconomie

Amsterdam was meest de verstedelijkte plaats van Europa. 

Grachtengordel in Amsterdam als voorbeeld van een explosieve groei. 

Slide 25 - Tekstslide

De Amsterdamse grachtengordel
Aangelegd in de 17e eeuw. Kooplieden lieten hier prachtige huizen met pakhuizen bouwen.


Een symbool van de gouden eeuw!

Slide 26 - Tekstslide

Regels voor oorlog
Door de welvaart was er een groot huurleger    -> 1648: Vrede van Münster

Volkenrecht: regels tussen landen

Hugo de Groot: je mag alleen oorlog voeren voor zelfverdediging of een andere goede reden -> oorlogsrecht

De zee is van niemand, dus iedereen mag daar gebruik van maken


Slide 27 - Tekstslide

Wat hoort niet bij de Gouden Eeuw?
A
Bloei in de kunst
B
Bloei in de wetenschap
C
Groeiende handel en industrie
D
Groeiende handel en nijverheid

Slide 28 - Quizvraag

Producten opslaan om later te verhandelen noem je:
A
handelskapitalisme
B
stapelplaats
C
VOC-principe
D
pakhuispolitiek

Slide 29 - Quizvraag

0

Slide 30 - Video

Slide 31 - Video

Huiswerk
Lezen: 3.2 Nederland en Europa
Maken:

Slide 32 - Tekstslide