Havo 2 apr 14

Welcome!
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welcome!

Slide 1 - Tekstslide

What grammar was in chapter 4

Slide 2 - Open vraag

Write a sentence using an adjective and an adverb

Slide 3 - Open vraag

Grammar 
Must = moeten
Must'nt = niet moeten/mogen
Have to = moeten van iemand anders
Don't have to = Hoeft niet 
should = Zou eigenlijk moeten
Shouldn't = zou eigenlijk niet moeten

Slide 4 - Tekstslide

Grammar 
Present perfect

Niet belangrijk wanneer
Verleden begonnen en nog steeds bezig
Verleden gebeurd nu resultaat
Net of nog niet gebeurd

Slide 5 - Tekstslide

Grammar 
Present perfect

Have/Has + past participle

KNOW YOUR IRREGULAR VERBS

Slide 6 - Tekstslide

Grammar 
Past simple

In het verleden gebeurd en wel belangrijk wanneer.

Signaalwoorden?

Slide 7 - Tekstslide

Grammar 
Much = Veel (enkelvoud)
Many = Veel (meervoud)
Little = weinig (enkelvoud)
Few = weinig (meervoud)
A little = Een beetje (enkelvoud)
A few = Een paar (meervoud)

Slide 8 - Tekstslide

Grammar 
Adjectives & Adverbs

Adjectives describe nouns

The big brown dog
Big and brown are adjectives

Slide 9 - Tekstslide

Grammar 
Adjectives & Adverbs

Adverbs describe verbs or adjectives

The the brigthly red ball bounced away quickly
Brightly describes red
Quickly describes how it bounces

Slide 10 - Tekstslide

Grammar 
Adjectives & Adverbs

Adverbs are formed by adding -ly at the end of the word

Slide 11 - Tekstslide

Grammar 
What is what
Name the adjectives and adverbs.

The mostly brown house burned brightly

The fried chicken was delivered smoothly

Slide 12 - Tekstslide

Today
Unit 8.2
exercises 10, 11, 12, 13

Slide 13 - Tekstslide

Well done

Slide 14 - Tekstslide

Write a sentence in the present perfect

Slide 15 - Open vraag

Homework

Unit 8.2
exercises 10, 11, 12, 13

Slide 16 - Tekstslide