8-4-21 Engels 1B

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Online: video met vragen over streetfood

Ik kan een gesprek in het Engels voeren met behulp van de expressions

Expressions

Engels 

Woorden oefenen

Opdracht 8 + 9 (spreekoefeningen)

Hoe ging het?

Donderdag 15 april: S.O. woordjes en zinnen Unit 4 lesson 2+3

Word of the day!

Usage:  James is a polyglot and is fluent in eight languages 

"polyglot"

Word of the day!

Definition: a person who speaks, writes, or reads a number of languages 

Synonym: linguist 

vertaal:
publiek

vertaal:
songtekst

vertaal:
podium

vertaal:
meezingen

vertaal:
stem

vertaal:
maaltijd

vertaal:
frisdrank

vertaal:
smaak

vertaal:
proeven

vertaal:
ontbijt

vertaal:
ongezond

vertaal:
paprika

De expressions voor de spreek-

opdracht

Unit 4, lesson 3 opdracht 8

1. Vul het gespreksschema in

2. Ga in tweetallen het gesprek voeren

3. Wissel van rol

Unit 4 lesson 3 opdracht 9

1. Je gaat het gesprek voorbereiden

(de zinnen vertalen)

2. Ga in tweetallen het gesprek voeren

3. Wissel van rol 

LES 2!

Spreekvaardigheid geoefend 

Ik leer de grammatica regels die horen bij de present continuous 

Grammatica 

Opdracht 1,2,3,4,5,6,7

Hoe ging het?

Donderdag 15 april: S.O. woordjes en zinnen Unit 4 lesson 2+3

Word of the day!

Usage:   For everyone who has groused about having to go to school today, there is no fun in having to stay home either! 

"grouse"

Word of the day!

Definition:  to complain 

Synonym: grumble, growl, murmer

Unit 4 lesson 4

Leerdoelen: 

je kunt voorgedrukte kaarten begrijpen

je kunt informatie over personen en plaatsen begrijpen

Grammatica: present continuous

Woorden:  weather 

Aan de slag 

Maak zelfstandig: opdracht 2,3,4,5 

Klaar? -> woordenlijst lesson 2 lezen in studybox 

Grammar: present continuous

Messi is playing football.
(right now)

Messi plays football.
(but NOT at the moment)

Present continuous 

• Eindigt het werkwoord op een -e, dan valt de -e weg

(to have)     I am having lunch.

(to give)   He is giving us homework.

• Werkwoord van 1 lettergreep met een korte klinker (a, e, i, o, u), verdubbel dan de medeklinker

(to put)     We are putting sugar in his tea.

(to run)   She is running a marathon.

Present continuous 

Vorm:

1. vorm van 'to be': am / are / is

2. werkwoord

3. + -ing

I am doing the dishes right now.

My parents are watching TV.

Verkorte vorm: I'm doing / She's listening / We're watching

Aan de slag 

Maak zelfstandig Unit 4 lesson 4 opdracht 3,4,5,6,7

Klaar? -> woordenlijst lesson 3 lezen in studybox 

Iedereen klaar? -> nakijken