Formules, grafieken en vergelijkingen - 2KGT

Formules, Grafieken en Vergelijkingen 

H2 en H8 
2KGT 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Formules, Grafieken en Vergelijkingen 

H2 en H8 
2KGT 

Slide 1 - Tekstslide

Welke formule is zo kort mogelijk geschreven?
c = 9 x r - 12
A
c=9-12r
B
9r-12=c
C
12-9xr=c
D
c=12-9r

Slide 2 - Quizvraag

Maak de sommen kloppend door gelijksoortige termen samen te voegen. 


3 x r 



-8 x v 

s + s 
+ 8 x r 

= 11r

9 x v + v 
= 2v 
-s 
= 1s 
3 x t
= 4s

Slide 3 - Sleepvraag

Schrijf zo kort mogelijk
e = - 4 x q + 3 x l + 5 x q

Slide 4 - Open vraag

Welke formules zijn gelijk? Sleep de formules naar juiste plek.
b = 2 x t + 7
b = -2 x t -7
b = 2 - 7 x t
b = -7 - 2 x t
b = 7 + 2 x t
b = -7 x t +2

Slide 5 - Sleepvraag

Vul de 1e tabel in bij
Y = 5C + 13

Slide 6 - Open vraag

Vul de 2e tabel in bij
Y = 13 - 10,5x
Let op! 'x' start bij -4

Slide 7 - Open vraag


Coördinaten
punt C

A
c(2, -1)
B
C(-1, 2)
C
C(-2, 1)
D
C(2, -1)

Slide 8 - Quizvraag

Wat zijn de coördinaten van punt F?
Wat zijn de coördinaten
van punt G
A
(2, 1)
B
(-2, 1)
C
G(-2, 1)
D
G(1; -2)

Slide 9 - Quizvraag


Welke omgekeerde pijlenketting hoort bij de pijlenketting?


A
B
C
D

Slide 10 - Quizvraag

wat is de omgekeerde pijlenketting?
A
B
C

Slide 11 - Quizvraag

Hier zie je een pijlenketting.

Bereken het aantal via de omgekeerde pijlenketting. Wat is het juiste antwoord ?
A
25
B
5
C
61
D
125

Slide 12 - Quizvraag

5d - 70 = 10
Los op met een omgekeerde pijlenketting.
Gebruik je werkblad.

Slide 13 - Open vraag

44 - 6e = 20
Los op met een omgekeerde pijlenketting.
Gebruik je werkblad.

Slide 14 - Open vraag

Hoeveel knikkers kun
je links en rechts
weghalen?
A
1
B
3
C
5
D
8

Slide 15 - Quizvraag

Los de vergelijking op.
Gebruik evt. je werkblad.
x = ?
A
x = 1
B
x = 4
C
x = 2
D
x = 6

Slide 16 - Quizvraag

Los de balans op.
Gebruik je werkblad.

Slide 17 - Open vraag

Wanneer gebruik je de balansmethode?
A
Voor het berekenen van oppervlakte.
B
Voor het oplossen van vergelijkingen.
C
Om bananen te wegen in de supermarkt.

Slide 18 - Quizvraag

Los de vergelijking op. Gebruik de balansmethode.
2b + 10 = 5b + 4
A
b = 4
B
b = 3
C
b = 2
D
b = 1

Slide 19 - Quizvraag

Los de vergelijking op
17 - 4k = 31 - 6k

Slide 20 - Open vraag

Ben je klaar voor het proefwerk formules, grafieken en vergelijkingen?
Jaaa, kom maar op met dat proefwerk.
Ja, ik wil alleen alles nog even goed doornemen.
Ik denk dat ik er bijna ben. Wil nog wel even oefenen.
Ik vind het nog lastig. Ik heb wat hulp nodig.
Nee, ik snap er geen snars van. Ik geef het op!

Slide 21 - Poll