Luchtwegen en longen; anatomie en fysiologie

Luchtwegen en longen; anatomie en fysiologie
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Luchtwegen en longen; anatomie en fysiologie

Slide 1 - Tekstslide

Ademhaling
Voor een effectieve ademhaling zijn drie processen belangrijk:
- ventilatie
- perfusie
- diffusie

Slide 2 - Tekstslide

Voor een effectieve ademhaling zijn drie processen belangrijk:
Sleep de processen hiernaast naar de juiste betekenis
Gaswisseling
Doorbloeding
Luchtverversing
Ventilatie
Perfusie
Diffusie

Slide 3 - Sleepvraag

In welke delen van de longen is gaswisseling (diffusie) mogelijk?
A
Trachea, bronchiën, bronchioli en alveoli
B
Alleen bronchiën, bronchioli en alveoli
C
Alleen bronchiën en bronchioli
D
Alleen alveoli

Slide 4 - Quizvraag

Wanneer zuurstof in het bloed zit, is het gebonden aan....
A
eiwitten
B
rode bloedcellen
C
witte bloedcellen
D
bloedplasma

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Video

Op welke manier zijn je longen verbonden met de ademhalingsspieren (tussenribspieren en middenrif)?
A
Door middel van pezen tussen de spieren en het longweefsel.
B
De longen zijn vergroeid met de ribben en het middenrif
C
De spieren zijn deels ingegroeid in het longweefsel.
D
De longen zijn niet verbonden met de spieren.

Slide 7 - Quizvraag

Longvliezen / pleurabladen
Zowel de binnenzijde van de borstkas als de buitenzijde van de longen is bedekt met een vlies.
    Dit zijn het borstvlies en het longblad; samen de longvliezen of 
     pleurabladen.

Tussen de twee vliezen zit een laagje vocht (= pleuravocht).
- Pleurabladen kunnen tijdens adembewegingen wel over elkaar heen glijden.
- Pleurabladen kunnen niet van elkaar scheiden, omdat er geen lucht tussen de pleurabladen kan komen; de longen worden meegetrokken tijdens de adembewegingen van de borstholte.


Slide 8 - Tekstslide

Bij welke aandoening komt er lucht tussen de pleurabladen?
A
Pneumonie
B
Longembolie
C
Pneumothorax
D
COPD

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Video

Je hoort wel eens: 'Het is beter via de neus te ademen dan via de mond.'

Klopt dit?
A
Ja, zowel bij inademing als bij uitademing.
B
Ja, maar vooral bij de inademing.
C
Ja, maar vooral bij de uitademing.
D
Nee, dit is een fabeltje.

Slide 11 - Quizvraag

Wanneer gezonde mensen rustig ademhalen, dan verbruiken ze energie tijdens .....
A
...de inademing en uitademing
B
...de inademing, niet tijdens de uitademing
C
...de uitademing, niet tijdens de inademing
D
...geen enkel moment; ademen kost geen energie.

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Wanneer ik iemands
ademhaling observeer,
let ik op....

Slide 16 - Woordweb

Slide 17 - Tekstslide

In buitenlucht zit ongeveer 21% zuurstof.

Waaruit bestaat de overige 79% vooral?
A
Koolstofdioxide
B
Stikstof
C
Koolstofmonoxide
D
Fijnstof

Slide 18 - Quizvraag

In inademingslucht zit ongeveer 21% zuurstof.

Hoeveel procent zuurstof zit er in de uitademingslucht? (bij normale ademhaling)
A
1%
B
5%
C
11%
D
17%

Slide 19 - Quizvraag