Verslag poëzie

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Werkstuk poëzie

- Je maakt 4 verschillende poëzie opdrachten.

- Je gaat hierover een werkstuk samenstellen.

- Dit werkstuk lever je, uiterlijk 8 december, in via Magister.

Het werkstuk heeft een vaste lay-out

- Voorblad (met daarop je naam, de titel van de opdracht, je klas en een toepasselijke afbeelding)

- Inhoudsopgave

-De hoofdstukken (er mogen meerdere hoofdstukken op 1 pagina staan)

            hoofdstuk 1 Haiku                                      hoofdstuk 2 Elfje

            hoofdstuk 3 Limerick                               hoofdstuk 4 Acrostichon

- Nawoord (waarin je vertelt welke opdracht je het leukste en het lastigste vond en waarom)

Haiku

- Een haiku bestaat uit 3 versregels.

- Belangrijk is het aantal lettergrepen.

- De eerste versregel heeft 5 lettergrepen.

- De tweede versregel heeft 7 lettergrepen.

- De derde versregel heeft 5 lettergrepen.

Voorbeeld

oh, oude vijver

een kikker springt van de kant.

geluid van water.

- Jouw gedichtje gaat over je favoriete sport of hobby.

- Het hoeft niet te rijmen.                                                            

           - Plak er een toepasselijke illustratie bij                                                          

Elfje

Een elfje (soms: elf) is een eenvoudige, compacte dichtvorm, die bestaat uit elf woorden. De woorden worden als volgt verdeeld:

-de eerste dichtregel: één woord

-de tweede regel: twee woorden

-de derde regel: drie woorden

-de vierde regel: vier woorden

-de vijfde regel: één woord, dat het gedicht samenvat

Voorbeeld

Geluk

een gevoel

dat zich verstopt

heel diep in onszelf

zoeken

- Jouw gedichtje gaat over vriendschap.

- Het hoeft niet te rijmen.

           - Plak er een toepasselijke illustratie bij.     

De limerick

Een limerick is een kort gedicht met een min of meer komische inhoud.

Je moet je houden aan de volgende regels:

- bestaat altijd uit 5 regels

- zin 1 en 2 rijmen op elkaar en zin 5 rijmt ook op zin 1 en 2

- zin 3 en 4 rijmen op elkaar

- de eerste zin eindigt op jouw woonplaats

- ook maak je gebruik van jouw voornaam

https:

De Acrostichon

Bij een acrostichon of naamdicht, vormen de eerste letters van elke regel een woord. (Wilhelmus --> 1ste letter van iedere strofe)

- Jij maakt een Acrostichon van jouw voor- en achternaam.

- Zet de letters onder elkaar 

- Bedenk bij elke letter een (karakter) eigenschap die bij jou past

- Dit gedicht hoeft niet te rijmen

- Zorg dat het er mooi uitziet (kleur, ander lettertype vooraan)

Voorbeeld