Schrijfvaardigheid | Formeel en informeel H24












Formele en informele teksten
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2BasisschoolGroep 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les












Formele en informele teksten

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video


Wat is formele taal?
 

Formele taal is taal die je gebruikt in serieuze situaties. Het is een beetje ‘stijf’.

Je gebruikt het als je contact hebt met mensen die je niet zo goed kent of met mensen die belangrijk zijn.


Slide 3 - Tekstslide

Wat is informele taal?
Informele taal is taal die je gebruikt in minder serieuze situaties. Het is ‘losser’.

Je gebruikt het als je praat met je vader of moeder of als je een berichtje schrijft naar een vriend of een klasgenoot. 


Slide 4 - Tekstslide

Let op
Informeel betekent niet dat je meer fouten mag maken.

Je gebruikt alleen wat eenvoudigere woorden, die lijken op de taal die je spreekt.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

formeel of informeel

Slide 7 - Tekstslide

formeel of informeel

Slide 8 - Tekstslide

formeel en informeel

Slide 9 - Tekstslide

formeel of informeel

Slide 10 - Tekstslide

formeel of informeel

Slide 11 - Tekstslide

formeel of informeel

Slide 12 - Tekstslide

formeel of informeel

Slide 13 - Tekstslide


Informele taal gebruik je......
A
Wanneer je mensen goed kent
B
Als je diegene aan wie je schrijft niet goed kent

Slide 14 - Quizvraag


Hoogachtend,
A
Formeel
B
Informeel

Slide 15 - Quizvraag


Is deze zin formeel of informeel?
Kunt u de vraag herhalen?
A
formeel
B
informeel

Slide 16 - Quizvraag

Formeel taalgebruik
Informeel taalgebruik
Wat leuk dat
jullie naar de
film gaan.
Zou u het raam
kunnen sluiten?
Mag ik u
iets vragen?
Wil je limonade?

Slide 17 - Sleepvraag

Formeel of informeel:
Wanneer zou het u schikken om een afspraak te maken.
A
Formeel
B
Informeel

Slide 18 - Quizvraag

Ik zou het zeer op prijs stellen als u van zich zou kunnen laten horen.
A
Formeel
B
Informeel

Slide 19 - Quizvraag

Sleep de zinnen naar het goede vak.
formeel
informeel
Dank u allen voor uw komst.
Wat leuk dat je er bent.
Ik neem spoedig contact met u op.
Hé, ik laat het je snel weten.

Slide 20 - Sleepvraag


Met vriendelijke groet,
A
Formeel
B
Informeel

Slide 21 - Quizvraag


Je schrijft een klachtenbrief
A
Informeel
B
Formeel

Slide 22 - Quizvraag

Hopelijk heb ik u voldoende geïnformeerd.
Formeel of informeel?
A
formeel
B
informeel

Slide 23 - Quizvraag


Snap je het?
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Poll

Nu doen
  • Ga naar blz. 100
  • Maak opdr. 5, 8a en b
  • Klaar: laten zien en wat voor jezelf











timer
10:00
 Blz. 100 en 101 

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht brief
- Schrijf twee korte brieven: één aan de examencommissie en één aan je buurvouw. 

Probleem voor de examencommissie: je had veel geluidsoverlast en daardoor kon je je niet concentreren tijdens je examen.
Probleem buurvrouw:  je had veel geluidsoverlast, daardoor kon je thuis niet leren.

Alle verdere informatie mag je zelf verzinnen.
 
- minimaal drie alinea's (inleiding, kern, slot) 
- denk om het taalgebruik van je brieven




Lengte: formele brief 10 zinnen, informele brief 8 zinnen.

Slide 26 - Tekstslide