3HV (H3)

Herhaling H3
Paragraaf 1 t/m 4
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Herhaling H3
Paragraaf 1 t/m 4

Slide 1 - Tekstslide

Rente
Er zijn twee rente soorten: 

1. Enkelvoudige rente 
2. samengestelde rente

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen samengestelde en enkelvoudige rente?

Slide 3 - Open vraag

Elk jaar ontvang ik €25 euro rente.

Welke rente is dit?
A
Enkelvoudige rente
B
Samengestelde rente

Slide 4 - Quizvraag

Jan ontvangt op zijn rekening van €5000,- elk jaar 10% rente (samengestelde rente).
Hoeveel rente heeft Jan naar 6 jaar? geef ook de berekening

Slide 5 - Open vraag

3.2 
Liefde en geld 

Slide 6 - Tekstslide

Het grootste verschil tussen een huwelijk en een geregistreerd partnerschap is ...
A
De bezittingen
B
De schulden
C
De manier van ontbinden
D
ouderlijk gezag

Slide 7 - Quizvraag

Welke regeling gold voor 2018 bij een huwelijk?

Hint: alle schulden en bezittingen werden eigendom van beide partners

Slide 8 - Open vraag

Een schenking is een overeenkomst om niks
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

3.3
Voor jezelf beginnen 

Slide 10 - Tekstslide

Als je een onderneming wilt beginnen moet je je inschrijven bij .... ?

Slide 11 - Open vraag

Een rechtspersoon is ...
A
dat de wet geen onderscheid maakt tussen privé en zakelijk vermogen
B
Natuurlijk persoon
C
een onderneming
D
Een organisatie die zelf schulden en bezittingen kan hebben

Slide 12 - Quizvraag

Deze organisaties hebben een rechtspersoon
A
Eenmanszaak en BV
B
NV en een BV
C
NV en VOF
D
VOF en een eenmanszaak

Slide 13 - Quizvraag

Als onderneming krijg je belastingvoordelen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

3.4
Een organisatie managen 

Slide 15 - Tekstslide

Een vereniging is een .....
A
Commerciële organisatie
B
organisatie die naar winst streeft
C
Niet commerciële organisatie
D
doelloze organisatie

Slide 16 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een stichting en een vereniging ?

Slide 17 - Open vraag

Lijn-staforganisatie?

Slide 18 - Woordweb