V4 inleiding/kern/slot van een uiteenzetting


Welkom v4ta!
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les


Welkom v4ta!

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  1. Korte herhaling vorige les
  2. Inleiding van een uiteenzetting
  3. Kern uiteenzetting
  4. Slot uiteenzetting
  5. Afsluiting en vooruitblik

Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn de kenmerken van een uiteenzetting?

Slide 3 - Open vraag

Kern / middenstuk van een uiteenzetting

Doel: Je leert hoe de kern / het middenstuk van een uiteenzetting eruitziet. 

Slide 4 - Tekstslide

Bekijk de 6 inleidingen op het blad. Maak een top 6.
Leg uit waarom je nummer 1 je nummer 1 is en je nummer 6 je nummer 6 (oftewel waarom is de beste de beste en de slechtste de slechtste).
Jullie krijgen hier 15 minuten de tijd voor.

Slide 5 - Open vraag

Samenvattend: waar voldoet een goede inleiding van een uiteenzetting aan?

Slide 6 - Open vraag

Inleiding
Slot
anekdote / voorbeeld
conclusie
aanleiding / actualiteit
stukje geschiedenis
advies
hoofdgedachte
toekomstverwachting
vragen stellen
samenvatting

Slide 7 - Sleepvraag

Welke manier van
inleiden is hier
gebruikt?
A
stukje geschiedenis
B
actualiteit/aanleiding
C
anekdote/voorbeeld
D
stellen van vragen

Slide 8 - Quizvraag

Welke manier van
inleiden is hier
gebruikt?
A
stukje geschiedenis
B
actualiteit/aanleiding
C
anekdote/voorbeeld
D
stellen van vragen

Slide 9 - Quizvraag

Welke manier van
inleiden is hier
gebruikt?
A
stukje geschiedenis
B
actualiteit/aanleiding
C
anekdote/voorbeeld
D
stellen van vragen

Slide 10 - Quizvraag

Welke manier van
inleiden is hier
gebruikt?
A
stukje geschiedenis
B
actualiteit/aanleiding
C
anekdote/voorbeeld
D
stellen van vragen

Slide 11 - Quizvraag

Welke manier van
inleiden is hier
gebruikt?
A
stukje geschiedenis
B
actualiteit/aanleiding
C
anekdote/voorbeeld
D
stellen van vragen

Slide 12 - Quizvraag

Zou dit de inleiding
van een uiteenzetting
kunnen zijn?
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quizvraag

Je hebt nu een aantal voorbeelden van inleidingen gezien.
Schrijf nu zelf een inleiding van minimaal 75 woorden bij één van de volgende onderwerpen:
(1) Tasmaanse tijgers
(2) De coke-hoofdstad van Europa
(3) De omvolkingstheorie
(4) Schulden onder jongeren
Jullie krijgen hier 15 minuten de tijd voor.

Slide 14 - Open vraag

Ik weet nu hoe de inleiding van een uiteenzetting eruitziet en hoe ik een inleiding van een uiteenzetting moet schrijven.
A
ja
B
nee
C
zo ongeveer

Slide 15 - Quizvraag

Waar of niet waar?

Het middenstuk van een uiteenzetting is afhankelijk van de tekststructuur.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Waar of niet waar?

Tussenkopjes zijn passend in een uiteenzetting.
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Waar of niet waar?

Niet in elke alinea staat een kernzin in een uiteenzetting.
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Waar of niet waar?

In een uiteenzetting gebruik je veel redengevende signaalwoorden.
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Lees met je buur de uiteenzetting Hoeveel geweld mag je tegen een aanvaller gebruiken?
Bedenk voor elke alinea in het middenstuk een passend tussenkopje.

Slide 20 - Open vraag

Bekijk nog eens de uiteenzetting Hoeveel geweld mag je tegen een aanvaller gebruiken? samen met je buur.
Hoe is elke alinea opgebouwd? Maak in je antwoord gebruik van de termen: kernzin, toelichting/voorbeeld, signaalwoord.

Slide 21 - Open vraag

Huiswerkopdracht
Lees (alleen) de uiteenzetting Als je moord, ben je gestoord. 

Deze tekst heeft alleen een inleiding en een slot.

Schrijf een middenstuk bij deze tekst van minimaal 4 alinea's. 

Dit middenstuk neem je mee naar volgende les.

Slide 22 - Tekstslide

Bekijk het middenstuk van je klasgenoot en geef antwoord op de volgende vragen:
  • Heeft het middenstuk meerdere alinea's?
  • Behandelt elke alinea een ander deelonderwerp?
  • Heeft elke alinea een signaalwoord en een kernzin?
  • Wordt elk deelonderwerp voldoende toegelicht?
Zet de antwoorden op de vragen onderaan het middenstuk net als je eigen naam.

Klaar met nakijken? Geef de tekst/ laptop terug aan je klasgenoot. 

Slide 23 - Tekstslide

Wat ga je anders/beter doen bij het schrijven van het middenstuk van de uiteenzetting op basis van de gekregen feedback?

Slide 24 - Open vraag

Wat zijn de kenmerken van een uiteenzetting?

Slide 25 - Open vraag

Noem een manier van inleiden die geschikt is voor een uiteenzetting.

Slide 26 - Open vraag

Hoe ziet de opbouw van een alinea in het middenstuk van een uiteenzetting eruit?

Slide 27 - Open vraag

Slot van een uiteenzetting

Doel: Je leert hoe het slot van een uiteenzetting eruitziet. 

Slide 28 - Tekstslide

Inleiding
Slot
anekdote / voorbeeld
conclusie
aanleiding / actualiteit
stukje geschiedenis
advies
hoofdgedachte
toekomstverwachting
vragen stellen
samenvatting

Slide 29 - Sleepvraag

Wat wordt er bedoeld met het cirkeltje rond maken? En wat is een uitsmijter?

Slide 30 - Woordweb

Welke manier van
afsluiten is hier
gebruikt?
A
samenvatting
B
toekomstverwachting
C
advies

Slide 31 - Quizvraag

Heeft dit slot een
uitsmijter? En is
het cirkeltje rond
gemaakt?
A
wel cirkeltje, geen uitsmijter
B
geen cirkeltje, wel uitsmijter
C
geen cirkeltje, geen uitsmijter
D
zowel cirkeltje als uitsmijter

Slide 32 - Quizvraag

Welke manier van
afsluiten is hier
gebruikt?
A
samenvatting
B
toekomstverwachting
C
advies

Slide 33 - Quizvraag

Heeft dit slot een
uitsmijter? En is
het cirkeltje rond
gemaakt?
A
wel cirkeltje, geen uitsmijter
B
geen cirkeltje, wel uitsmijter
C
geen cirkeltje, geen uitsmijter
D
zowel cirkeltje als uitsmijter

Slide 34 - Quizvraag

Welke manier van
afsluiten is hier
gebruikt?
A
samenvatting
B
toekomstverwachting
C
advies

Slide 35 - Quizvraag

Heeft dit slot een
uitsmijter? En is
het cirkeltje rond
gemaakt?
A
wel cirkeltje, geen uitsmijter
B
geen cirkeltje, wel uitsmijter
C
geen cirkeltje, geen uitsmijter
D
zowel cirkeltje als uitsmijter

Slide 36 - Quizvraag

Schrijf nu zelf een slot van ongeveer 50 woorden over 'ijzel' of over 'magneten'.
Kies zelf een manier van afsluiten, maar vergeet de hoofdgedachte, de uitsmijter en het cirkeltje rond maken niet!

Slide 37 - Open vraag

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: dinsdag 27 februari
  • Huiswerk: leren LessonUps
  • Meenemen: leesboek, laptop, pen, schrift
  • Programma: middenstuk uiteenzetting

Slide 38 - Tekstslide