In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Hoofdstuk 3 Energie
Slide 1 - Tekstslide
Verwarmen
Hoofdstuk 3 Energie
Paragraaf 2 Verwarmen
Deel-1
Slide 2 - Tekstslide
Even terugkijken
Slide 3 - Tekstslide
Welke energie- BRONNEN ken je?
Slide 4 - Woordweb
Wat is geen energiebron?
A
De zon
B
Aardgas
C
Warmte
D
Wind
Slide 5 - Quizvraag
Welke energie- SOORTEN ken je?
Slide 6 - Woordweb
Waar hebben we energie eigenlijk voor nodig?
Slide 7 - Woordweb
Leerdoelen:
Je kunt energieomzettingen weergeven in een energiestroomdiagram waarbij de hoeveelheid energie voor en na de omzetting niet verandert.
Je kunt uitleggen dat de toevoer van warmte leidt tot een hogere temperatuur.
Slide 8 - Tekstslide
Voorbeelden van energie-omzettingen
stralingsenergie -> warmte
stralingsenergie -> chemische energie
stralingsenergie -> chemische energie
stralingsenergie -> elektrische energie
chemische energie -> warmte
warmte -> bewegingsenergie
bewegingsenergie -> elektrische energie
chemische energie -> bewegingsenergie en warmte
chemische energie -> warmte en licht
bewegingsenergie -> elektrische energie
elektrische energie -> stralingsenergie (+warmte)
Slide 9 - Tekstslide
voorbeelden van energie-omzettingen
In een waterkoker vind een omzetting van energie plaats.
Welke energiesoort wordt door de waterkoker gebruikt?
En welke energiesoort wordt door de waterkoker gemaakt?
Slide 10 - Tekstslide
voorbeelden van energie-omzettingen
Deze zonneauto doet mee aan de Solar challenge, een race van 2300 km waarbij optimale energieomzettingen een rol spelen.
Welke energieomzettingen vinden er plaats in de zonnepanelen? En in de motor?
stralingsenergie wordt omgezet in
elektrische energie (+warmte)
elektrische energie wordt omgezet in beweging (+warmte)
Slide 11 - Tekstslide
Je kunt energieomzettingen weergeven in een energiestroomdiagram waarbij de hoeveelheid energie voor en na de omzetting niet verandert
Wet van Behoud van Energie
Alle energie die een apparaat ingaat komt er ook weer uit. Het wordt alleen omgezet in een andere energievorm: de nuttige energie. Meestal is de "afval" energie een vorm van warmte.
Het rendement is nooit 100%.
In het echt stoppen de kogels na een bepaalde tijd met heen en weer bewegen. Er ontstaat niet alleen bewegingsenergie, maar ook warmte.
Slide 12 - Tekstslide
In een batterij vindt omzetting van energie plaats. Welke energieomzetting hoort bij een batterij?
A
van chemische energie naar stralingsenergie
B
van zwaarte energie naar kinetische energie
C
van chemische energie naar elektrische energie
D
van elektrische energie naar chemische energie
Slide 13 - Quizvraag
Welke energieomzetting heb je in een zonnepaneel?
A
Elektrische energie in stralingsenergie en warmte
B
Warmte in stralingsenergie en elektrische energie
C
stralingsenergie in elektrische energie en warmte
D
stralingsenergie in chemische energie en elektrische energie
Slide 14 - Quizvraag
Welke energie-omzetting vind er plaats als je hout verbrandt?
A
Warmte wordt omgezet in chemische energie
B
Chemische energie wordt omgezet in bewegingsenergie
C
Warmte wordt omgezet in stralingsenergie
D
Chemische energie omgezet in warmte en stralingsenergie
Slide 15 - Quizvraag
Meestal ontstaan er bij een energieomzetting meerdere soorten energie
elektische energie
licht
warmte
Dit is de NUTTIGE energie
Dit is het ENERGIEVERLIES
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
energiestroomdiagram
De energieomzetting van een elektromotor.
Slide 18 - Tekstslide
energiestroomdiagram
chemische energie
warmte
bewegings energie
Scooter
De energieomzetting van een rijdende scooter
Slide 19 - Tekstslide
Wet van behoud van energie
Nuttige en niet nuttige energie samen
is evenveel als de totaal gebruikte energie.
Energie kun je alleen van de ene soort
in een andere soort omzetten.
30%
70%
100 %
apparaat
Slide 20 - Tekstslide
Energiestroomdiagram van een elektriciteitscentrale
E (gebruikt)
apparaat
niet-nuttige energie
nuttige energie
Slide 21 - Sleepvraag
Wat is de nuttige energie van een kolencentrale?
A
chemische energie
B
elektrische energie
C
warmte
D
straling
Slide 22 - Quizvraag
Wat is de nuttige energie van dit apparaat (een keukenmixer)?
A
chemische energie
B
stralingsenergie
C
bewegingsenergie
D
elektrische energie
Slide 23 - Quizvraag
Wat is de nuttige energie van dit apparaat (een broodrooster)?
A
warmte
B
stralingsenergie
C
bewegingsenergie
D
chemische energie
Slide 24 - Quizvraag
Wat is de opgenomen energie van deze windmolen? (energie die wordt gebruikt)
A
warmte
B
elektrische energie
C
bewegingsenergie
D
chemische energie
Slide 25 - Quizvraag
Je kunt uitleggen dat de toevoer van warmte leidt tot een hogere temperatuur.
Slide 26 - Tekstslide
Je kunt uitleggen dat de toevoer van warmte leidt tot een hogere temperatuur.
Opdracht: Lees op blz. 128 van je boek de alinea "warmte en temperatuur"
Geef daarna antwoord op de vragen in de volgende sheets.
Slide 27 - Tekstslide
Vul de ontbrekende woorden in: Warmte is een vorm van .....(1).......... De eenheid van de grootheid warmte is de .....(2)..... Noteer je antwoord als 1: ............ 2: ...........
Slide 28 - Open vraag
Temperatuur is een grootheid. Dus een meetbare eigenschap. De eenheid van temperatuur is ..........
Slide 29 - Open vraag
Wat gebeurt er met de moleculen van een stof wanneer je warmte aan die stof toevoert?
A
deze worden groter
B
deze gaan sneller bewegen
C
deze worden warmer
D
deze worden gasvormig
Slide 30 - Quizvraag
Je kunt uitleggen dat de toevoer van warmte leidt tot een hogere temperatuur.
Warmte is een energiesoort.
Je kunt warmte afvoeren of toevoeren.
Symbool is Q, eenheid is J
Temperatuur zegt iets over de beweging van de moleculen.