6.2B In de ban van Hitler

Nationaalsocialisme en Tweede Wereldoorlog

6.2 In de ban van Hitler
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nationaalsocialisme en Tweede Wereldoorlog

6.2 In de ban van Hitler

Slide 1 - Tekstslide

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je uitleggen hoe Hitler aan de macht kwam.

Slide 3 - Tekstslide


Hitler wordt kanselier
30 januari 1933



  • De politieke elite dacht dat Hitler zich (met 3 NSDAP-ministers) wel rustig zou houden. Maar dat was een verkeerde inschatting.
  •  Hitler haalt Hindenburg (president) over om nieuwe verkiezingen uit te schrijven.

Slide 4 - Tekstslide

De Reichstagsbrand
27 februari 1933

  • De Nederlandse communist Marinus van der Lubbe steekt de Rijksdaggebouw in de brand. Als protest tegen het nationaalsocialisme.
  • Hitler en de NSDAP gebruiken dit als propaganda: 'Een communistisch complot tegen de Weimarrepubliek.

Slide 5 - Tekstslide


Machtingswet
24 maart 1933



  • ...de brand komt Hitler namelijk wel érg goed uit: hij kan de noodtoestand in Duitsland uitroepen.
  • Het Duitse parlement neemt een noodwet aan, de Machtigingswet,
  • Die geeft Hitler onbeperkte macht: Duitsland is een dictatuur.

Slide 6 - Tekstslide


Machtingswet



  • De Grondwet kan door Hitler worden aangepast en opgeschort, zonder goedkeuring van het Duitse parlement.
  • Alle partijen, behalve de NSDAP, worden verboden.
  • Sommige burgerrechten worden opgeschort (o.a. briefgeheim)

  • Gelijkschakeling: iedereen moet zich houden aan de ideologie van de Nazi's

Slide 7 - Tekstslide

Het einde van de Weimarrebubliek

  • Communisten en socialisten die in het parlement zaten en andere politieke gevangenen werden naar een nieuw concentratiekamp bij München gebracht: Dachau.

Slide 8 - Tekstslide

Dachau
Sinds maart 1933

Slide 9 - Tekstslide


Führer
1934




  • Als president Hindenburg in 1934 overlijdt, komt er geen nieuwe president:
  • Hitler is vanaf dat moment Führer, Leider, van Duitsland

  • Aan hem is onvoorwaardelijke trouw verschuldigd (Führerbeginsel)

Slide 10 - Tekstslide


Nacht van de Lange Messen
juni 1934




  • Hitler kan door de Machtigingswet zijn tegenstanders uitschakelen.
  • Dit zijn in het begin mensen binnen Hitlers eigen partij, waaronder de SA. 
  • Sommigen worden zonder proces vermoord door de SS, anderen komen in concentratiekampen.

Slide 11 - Tekstslide

Op weg naar een totalitaire staat (1)

  • Het leger van Duitsland werd weer opgebouwd.
  • De NSDAP werd de enige toegestane partij.
  • Er was geen vrije pers meer.
  • Radio en film werd ingezet als massacommunicatiemiddelen voor propaganda.
  • Schoolboeken werden herschreven.

Slide 12 - Tekstslide

Op weg naar een totalitaire staat (2)

  • Jongerenbewegingen werden opgericht om kinderen vroeg bekend te maken met de ideologie.
  • Vakbonden werden verbonden en hiervoor kwam het Deutsche Arbeitsfront.
  • Rechters spraken recht zoals de nazi's dat wilden.
  • Abstracte kunst, Joodse kunst en niet-Duitse kunst werd verboden (entartete Kunst).

Slide 13 - Tekstslide


Kristallnacht
9 november 1938




  • In Parijs vermoordt een jonge Jood, Herschel Grynszpan, een Nazi. 
  • Na een vlammende radiotoespraak van Joseph Goebbels, trekken Duitsers massaal de straat op om eigendommen van Joden te vernielen.
  • De politie en SS kregen de opdracht om niet in te grijpen.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Economische successen?

  • Door enorm te investeren in grote overheidsprojecten, lukte het Hitler om de werkloosheid in Duitsland terug te dringen. Dit kostten enorm veel geld.
  • Hitler begon een oorlog en was verder afhankelijk van roof en dwangarbeid om de Duitse economie draaiende te houden.

Slide 16 - Tekstslide