Opstart thema uiterlijk

Uiterlijk
Wat betekent dat?
Thema 10:
Uiterlijk
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Uiterlijk
Wat betekent dat?
Thema 10:
Uiterlijk

Slide 1 - Tekstslide

Uiterlijk

Slide 2 - Woordweb

Sta je ’s morgens lang voor de spiegel?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quizvraag

Is het belangrijk voor jou hoe je eruitziet?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quizvraag

Welke kleding draag je het liefst?

Slide 5 - Open vraag

Woordjes
Je krijgt 10 nieuwe woordjes. 
Schrijf de woorden op in je woordenschrift. 
Schrijf de betekenis erbij. 
Je mag het ook in je eigen taal erbij schrijven. 

Slide 6 - Tekstslide

Het hoofd
Het gezicht

Slide 7 - Tekstslide

De hals
De schouder
twee schouders

Slide 8 - Tekstslide

De arm
Twee armen
De hand
twee handen
De vinger
10 vingers

Slide 9 - Tekstslide

De buik
De heup
twee heupen

Slide 10 - Tekstslide

De bil
Billen
Het been
twee benen
De knie
Twee knieën

Slide 11 - Tekstslide

De voet
twee voeten
De teen
10 tenen

Slide 12 - Tekstslide

Het oor
Twee oren
Het oog
Twee ogen
Het haar

Slide 13 - Tekstslide

De mond
Twee lippen
De wenkbrauw
Twee wenkbrauwen
Het voorhoofd

Slide 14 - Tekstslide

De baard
De kin
De neus

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht: Beschrijf het uiterlijk
Je krijgt van de docent een papiertje. 
Op dit papier staat een naam van een leerling.
Loop rond en kijk goed naar het uiterlijk.
Beschrijf het uiterlijk van deze leerling
Laat niemand zien wat je schrijft!

Kun jij raden wie wie is?

Slide 16 - Tekstslide