TSK, Medicatie

TSK, Medicatie toedienen.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Medisch technisch handelenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

TSK, Medicatie toedienen.

Slide 1 - Tekstslide

Soorten geneesmiddelen
AV-geneesmiddelen (Algemeen Verkrijgbare):
  • geen recept nodig
  • vaak verkrijgbaar in supermarkt
  • mogen door DA worden geadviseerd (zelfzorgmiddelen)
  • bijv. Paracetamol

Slide 2 - Tekstslide

UA- (uitsluitend apotheek) en UAD (uitsluitend apotheek en drogist) geneesmiddelen:

  • geen recept nodig
  • controle vereist -> geschiktheid klachten en geschiktheid combinatie gebruikte medicatie
  • mogen door DA worden geadviseerd
  • middelen zijn vastgelegd in de Geneesmiddelenwet
  • bijv. Diclofenac

Slide 3 - Tekstslide

UR (uitsluitend op recept) geneesmiddelen:

  • een recept van een arts nodig
  • gebruik uitsluitend op medisch advies van de arts of specialist
  • bijv. Simvastatine, Insuline, Ferrofumeraat

Slide 4 - Tekstslide

Opiumwetmiddelen:

  • schriftelijk geschreven recept met handtekening nodig
  • op het recept moet het gebruik vermeld staan
  • voor max. 24 uur voorgeschreven (opiumwetrecept)
  • bevat stoffen die verslavend kunnen zijn
  • bijv. morfine


Slide 5 - Tekstslide

Lokale toediening.
Lokale toediening (plaatselijke): het medicijn wordt direct op de plaats waar het zijn werking moet hebben toegediend. 

Slide 6 - Tekstslide

Lokale toediening
Toedieningswegen die zich hiervoor het meest lenen zijn:
  • de slijmvliezen: in de oren, mond, neus en vagina. Druppels, zalf of tablet. 
  • de longen: inhalatiespray, poederinhalator en vernevelapparatuur.
  • de huid: zalf of crème.

Slide 7 - Tekstslide

Verdoving slijmvliezen
Verdoving huid

Slide 8 - Tekstslide

Autohaler Longen
Voorzetkamer

Slide 9 - Tekstslide

Systemische toediening.
Wanneer het medicijn via de bloedsomloop naar de gewenste plek van werking wordt gebracht heet dit systemische toediening. 

Het medicijn moet dan wel worden opgenomen in het bloed.

Slide 10 - Tekstslide

Systemische toediening
De meest gebruikte toedieningswegen bij systemische toediening zijn:

  • Oraal: tabletten, sprays en dranken
  • Parenteraal: direct in de bloedbaan, buiten het spijsverteringsstelsel om. Injectie of infuus.
  • Rectaal: via het rectum (laatste deel van de darm). Zetpil of klysma.
    

Slide 11 - Tekstslide

Lokaal versus systemisch
Bij lokale toediening is er  minder kans op bijwerkingen, doordat het medicijn geen tot weinig interactie heeft met de rest van het lichaam. 

Daarnaast is er bij lokale toediening in totaal een minder hoge concentratie van het medicijn nodig dan bij systemische toediening.

Slide 12 - Tekstslide

Indicatie
De indicatie is de reden dat iemand een bepaald medicijn voorgeschreven krijgt.
Dit wordt door de arts bepaald. Sommige medicijnen hebben meerdere indicaties.
Zij kunnen dus bij verschillende aandoeningen voorgeschreven
worden. 
Daarnaast kunnen verschillende medicijnen voor dezelfde indicatie worden gebruikt.

Slide 13 - Tekstslide