NT2 Unit Nederland Waterland

Wat doen we deze week?
  • Praktisch: Google Class room/ assessment dates
  • Onderwerp kiezen voor artikel en presentatie
  • Vervolg intro Nederland waterland
  • Kahoot tegenwoordige tijd
  • Korte schrijfopdracht: woordenschat/tegenwoordige tijd
  • Bedenk andere 'inquiry questions' bij deze unit
  • Grammatica (herhaling)


1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Wat doen we deze week?
  • Praktisch: Google Class room/ assessment dates
  • Onderwerp kiezen voor artikel en presentatie
  • Vervolg intro Nederland waterland
  • Kahoot tegenwoordige tijd
  • Korte schrijfopdracht: woordenschat/tegenwoordige tijd
  • Bedenk andere 'inquiry questions' bij deze unit
  • Grammatica (herhaling)


Slide 1 - Tekstslide

Summative Assessment dates Term 1
31-10 Paper 2 Reading
7-11    Paper 2 Listening
21-11  Paper 1 Writing
12-12  Individual oral assessment

Slide 2 - Tekstslide

Formative assessment dates term 1
7-10 deadline article topic research

11-10 or 14-10 individual presentation topic research

End of October: deadline creative group assignment

Slide 3 - Tekstslide

Inquiry question:

 Wat betekent het woord Nederland ?


Slide 4 - Tekstslide

Is Nederland hoog of laag?

Slide 5 - Tekstslide

Nederland 



Neder = laag

Slide 6 - Tekstslide

Hoog- en Laag Nederland
Laag nederland= onder zeeniveau (donker blauw)

Hoog Nederland= boven zeeniveau (geel)

Slide 7 - Tekstslide

Hoe beschermt Nederland zich tegen het water?

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Nederland zonder dijken en duinen.

Slide 10 - Tekstslide

Een dijk

Slide 11 - Tekstslide

dijken
duinen

Slide 12 - Tekstslide

Waar liggen de duinen?
  • Kust
  • 25 meter hoog
  • Oude & jonge duinen
  • Binnenduinen
  • helmduinen
  • Rivierduinen/donken
  • Stuifduinen
  • Schoorl
  • Waddeneilanden
  • Nationaal park duinen
  • Schiermonnikoog

Slide 13 - Tekstslide

Grammatica: tegenwoordige tijd

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Schrijfopdracht 5-10 min.
  • Schrijf 5 Nederlandse zinnen.
  • In elke zin staat 1 woord uit de Quizlet lijst,
  • Gebruik de  tegenwoordige tijd (present tense)
  • 2 zinnen moeten in de vragende vorm zijn (1 vraag met en 1 vraag zonder vraagwoord)
  • Elke zin heeft een onderwerp (subject), een werkwoord (verband) en een ander deel (bijvoorbeeld adverb/adjective/bepaling van tijd of plaats)
  • (adverb for instance)
  • Zet je zinnen op de Padlet: 
  • https://padlet.com/maa14/87vqnwxehb14lgih

Slide 16 - Tekstslide

Bedenk 'inquiry questions' 
In het IB programma wordt er met 5 aspecten gewerkt (zie de volgende dia's):
Identities
Experiences
Human Ingenuity
Social Organization
Sharing the Planet

Bedenk met je groepje bij elk aspect een 'inquiry question' die past bij het thema Nederland Waterland. Wat wil je ontdekken ?
Upload de 5 vragen op de Padlet (onder het juiste kopje):

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Watch listen and answer the questions:


1 How long is the Afsluitdijk?
2 when was the Afsluitdijk built?
3 Is the Afsluitdijk a dijk? Or something else? 
4 Why?

Slide 23 - Tekstslide