In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 80 min
Onderdelen in deze les
WELKOM
Welkom bij
Biologie
Mevr.
1C
Donderdag 8 februari 2024
Slide 1 - Tekstslide
Lesprogramma
Spullen controle
Les
Opdrachten maken
Huiswerk volgende les noteren in agenda
Afsluiten
Wat gaan we deze les doen?
Slide 2 - Tekstslide
Thema 4. Biodiversiteit
4.1 Dieren
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt kenmerken noemen en omschrijven waarmee dieren worden geordend.
Je kunt het dierenrijk indelen op basis van uiterlijk en skelet.
Je kunt kenmerken noemen en omschrijven waarmee dieren worden geordend.
Je kunt de gewervelde dieren indelen in vijf groepen.
Je kunt kenmerken noemen en omschrijven waarmee dieren worden geordend.
Je kunt de geleedpotige dieren indelen in vier klassen.
Slide 4 - Tekstslide
Waar let je op bij het ordenen van organismen?
A
Celkenmerken
B
Alleen de kleur van de vacht
C
Het geluid dat een dier maakt
D
Aantal poten
Slide 5 - Quizvraag
Celkenmerken
Slide 6 - Tekstslide
Wat is ordenen?
A
zorgen dat het stil is, orde houden
B
orders maken voor verzending
C
de verschillen zoeken
D
verdelen in groepen met dezelfde kenmerken
Slide 7 - Quizvraag
Bij ordening verdeel je de organismen in
A
4 rijken
B
4 soorten
C
4 afdelingen
D
4 rassen
Slide 8 - Quizvraag
Dieren
Slide 9 - Tekstslide
stammen zijn geordend op:
skelet:
geen skelet
inwendig skelet
uitwendig skelet
Slide 10 - Tekstslide
Er zijn 3 verschillende type dieren:
Dieren die geen skelet hebben.
Dieren met een skelet aan de buitenkant = uitwendig skelet.
Dieren met een skelet aan de binnenkant = inwendig skelet.
Slide 11 - Tekstslide
Inwendig skelet
Een inwendig skelet zit aan de binnenkant van een lichaam, mensen hebben een inwendig skelet.
Slide 12 - Tekstslide
Uitwendig skelet
Bij een uitwendig skelet zit het skelet aan de buitenkant van het organisme.
Slide 13 - Tekstslide
Geen skelet
Slide 14 - Tekstslide
Skelet:
geeft stevigheid en bescherming
Inwendig skelet:
aan de binnenkant van het lichaam
Uitwendig skelet:
buitenkant van het lichaam
wervelkolom:
Skelet:
geeft stevigheid en bescherming
Inwendig skelet:
aan de binnenkant van het lichaam
Uitwendig skelet:
aan de buitenkant van het lichaam
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Gewervelden
Inwendig skelet--> wervelkolom
Slide 18 - Tekstslide
Gewervelden = hebben een wervelkolom
Slide 19 - Tekstslide
GEWERVELDEN
Slide 20 - Tekstslide
5 groepen gewervelde dieren!
1. Vissen
2. Amfibieën
3. reptielen
4. vogels
5. zoogdieren
Slide 21 - Tekstslide
Vissen
Huid is bedekt met schubben
Koudbloedig
Ademhaling via de kieuwen
Voortplanting: eieren zonder schaal
Milieu: Water
Slide 22 - Tekstslide
Amfibieën
Huid bedekt met slijm
Koudbloedig
Ademhaling: jonge dieren huid en kieuwen, volwassen dieren huid en longen
Voortplanting: Eieren zonder schaal
Milieu: water en land
Slide 23 - Tekstslide
Reptielen
Huid bedekt met droge schubben
Koudbloedig
Ademhaling via longen
Voortplanting: eieren met een leerachtige schaal
Milieu: op het land
Slide 24 - Tekstslide
Vogels
Huid bedekt met veren
Warmbloedig
Ademhaling via longen
Voortplanting: eieren met kalkschaal
Milieu: land/lucht
Slide 25 - Tekstslide
Zoogdieren
Huid bedekt met haren
Warmbloedig
Ademhaling via longen
Voortplanting: levendbarend
Milieu: land
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Geleedpotigen
Slide 28 - Tekstslide
Kenmerken van geleedpotigen
De meeste diersoorten op aarde behoren tot de geleedpotigen. Deze dieren heten geleedpotigen, omdat hun poten uit meerdere stukjes bestaan. Deze stukjes heten leden. Kijk maar eens naar de poten van een kever, krab of spin.
Pantser als uitwendig skelet
Lichaam bestaat uit segmenten
Slide 29 - Tekstslide
Veelpotige
Slide 30 - Tekstslide
Kreeftachtige
Slide 31 - Tekstslide
Spinachtige
Slide 32 - Tekstslide
Insect
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
timer
5:00
Slide 35 - Tekstslide
Nu maken:
Opdrachten (werkboek) 4.2
Slide 36 - Tekstslide
Huiswerk
Schrijf mee in je agenda!
Donderdag 15 februari:
Bio: Maken opdrachten blz 76 t/m blz 79. 4.2 dieren.