4 belangrijkste besluiten van de Vrede:
De Republiek mocht de veroverde gebieden houden. (Zeeuws-Vlaanderen, delen van Brabant en Limburg)
De katholieken kregen geen vrije godsdienstoefening.
De Schelde bleef afgesloten.
De zeevaart op Indië mocht ongehinderd doorgaan.