22 november 2016

17 november
  1. werken met Disk/Station Nederlands/woord voor woord
  2. nieuwsbegrip nieuwe woorden herhalen/quizlet 
  3. dictee  
  4. spreekoefeningen herhalen bladen maken 
  5. PP Rick
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

17 november
  1. werken met Disk/Station Nederlands/woord voor woord
  2. nieuwsbegrip nieuwe woorden herhalen/quizlet 
  3. dictee  
  4. spreekoefeningen herhalen bladen maken 
  5. PP Rick

Slide 1 - Tekstslide

Amerika                            


nieuwe president

Slide 2 - Tekstslide

stemmen
de verkiezing

Slide 3 - Tekstslide

spannend
aanhangers

Slide 4 - Tekstslide

de zakenman
de banen 

Slide 5 - Tekstslide

het gaat lukken
uiteindelijk=  aan het eind 

Slide 6 - Tekstslide

tt - vt 
denken = d.............. 
winnen = w................. 
kiezen = k.......................

Slide 7 - Tekstslide

campagne voeren 
voorbereiden

Slide 8 - Tekstslide

beledigen
de leugen 

Slide 9 - Tekstslide

uiteindelijk =
A
eerst
B
nadat
C
aan het eind
D
er uit komen

Slide 10 - Quizvraag

beledigen
A
geloven
B
nare dingen zeggen over een ander
C
schreeuwen
D
leuke dingen zeggen over een ander

Slide 11 - Quizvraag

voorbereiden
A
vertellen hoe het gaat
B
voorbeelden geven
C
eten maken
D
les geven

Slide 12 - Quizvraag

een baan is
A
de weg
B
de straat
C
het werk
D
het geld

Slide 13 - Quizvraag

spreekoefeningen
  1. Wat zeg je in een supermarkt?
  2. Lees de vragen en bespreek de antwoorden
  3. Speel twee situaties uit

Slide 14 - Tekstslide

spreekoefeningen
  1. Sorry, kan je wat langzamer praten?
  2. Veel succes!
  3. Laat maar zitten
  4. Je moet niet zo zeuren
  5. Meneer, weet u hoe laat het is?
  6. Mag ik vijf postzegels van 39 cent?
  7. Hartelijk gefeliciteerd!

Slide 15 - Tekstslide

rijexamen 
  • Je buurman moet rijexamen doen.  Wat zeg je dan!
  • Veel succes!

Slide 16 - Tekstslide

postzegels
  • Je wilt vijf postzegels kopen.
  • Je bent aan de beurt ,wat zeg je?
  • Mag ik vijf postzegels van 89 cent?

Slide 17 - Tekstslide

maak de oefenbladen 
1.  leerling leest de vraag 
2. de ander geeft het antwoord

Slide 18 - Tekstslide

tegenstellingen 
mooi-lelijk                      smal -breed                aardig-onaardig               snel =langzaam                   dik-dun
hoog-laag
duur- goedkoop                              slim-dom 
 hard - zacht                                                            breed- smal 
jong oud                 zwart wit
in-uit                           zwak -sterk       groot -klein 

Slide 19 - Tekstslide

on    
aardig -onaardig
even -oneven 
natuurlijk -onnatuurlijk
mogelijk -onmogelijk
zin -onzin
tevreden -ontevreden
praktisch -onpraktisch

Slide 20 - Tekstslide

maar = tegenstelling
Ik wil wel naar school maar  ik ben ziek
Hij houdt van snoepjes maar  niet van taart. 
Ik ben altijd blij maar  vandaag niet
Die auto is mooi maar die is lelijk

Slide 21 - Tekstslide

niet hoog maar .........
A
dik
B
snel
C
laag
D
beneden

Slide 22 - Quizvraag

niet duur maar
A
onduur
B
goedkoop
C
veel geld
D
zuur

Slide 23 - Quizvraag

niet aardig maar ................
A
lief
B
niet aardig
C
boos
D
onaardig

Slide 24 - Quizvraag

niet breed maar .........
A
laag
B
smal
C
dik
D
beneden

Slide 25 - Quizvraag

Wat is het tegengestelde van
tevreden?

Slide 26 - Open vraag

Wat is het tegengestelde van
mogelijk ?

Slide 27 - Open vraag

maak een zin met maar

Slide 28 - Open vraag

maar ...................
Ik ben niet op school maar  in het AZC
Het is niet vroeg maar  laat
De man is niet klein maar groot
Ik doe het licht niet uit maar  aan! 

Slide 29 - Tekstslide

grammatica 
ik      mijn
jij    jouw
hij   zijn 
zij   haar
u     uw 


Slide 30 - Tekstslide

schrijfoefening 

Slide 31 - Tekstslide

email schrijven

Slide 32 - Tekstslide

aanhef
Hallo Kinan, Hoi Kinan 

Beste Maryam

Geachte meneer Ekkel
Geachte mevrouw van der Laar 

Slide 33 - Tekstslide

einde
groetjes,     .....................

Met vriendelijke groet,
....................................

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

email 
Je wilt informatie over de verhuizing naar de nieuwe school.
Wanneer gaan we verhuizen?
Welke dagen heb je vrij?
Moet je meehelpen?
Hoe ziet de nieuwe school eruit?
Waar krijg je sport?
Je schrijft een email aan meneer Ekkel

Slide 36 - Tekstslide

email schrijven
Beste meneer Ekkel,

In december gaan we naar ..........

Geachte meneer Ekkel,


Slide 37 - Tekstslide