We gaan de toets bespreken, als je tussendoor een vraag hebt, noteer het en vraag het mij na de besprekeing, oke?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2
In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Toetsbespreking
Please sit down quietly.
We gaan de toets bespreken, als je tussendoor een vraag hebt, noteer het en vraag het mij na de besprekeing, oke?
Slide 1 - Tekstslide
Als eerste....
Wat staat hier?
* Where *
Slide 2 - Tekstslide
Wat betekent 'where'?
Slide 3 - Open vraag
Ten tweede;
Wat staat hier?
* were *
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
wat betekent 'were'?
Slide 6 - Open vraag
Fijn, nu we het er over eens zijn dat deze woorden niet hetzelfde zijn, zullen we ze dan vanaf nu ook in de juiste context gebruiken?
Dank u wel voor het luisteren naar deze huishoudelijke mededeling! ;-)
Slide 7 - Tekstslide
Opdr. 1 (totaal 8 punten)
1 suburb
2 main road
3 lively
4 express
5 annual
6 toast
7 cardboard
8 Afterwards
Slide 8 - Tekstslide
Opdr. 2 (totaal 4 punten)
1 guest
2 wish list
3 order
4 show
5 without
6 need
7 youth centre
8 close to
Slide 9 - Tekstslide
Opdr. 3 (totaal 8 punten)
1 scissors
2 tell
3 noise
4 half-price
5 book / reserve
6 factory
7 customer
8 sleepover
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Opdr. 4 (totaal 7 punt)
1 few
2 a little
3 many
4 a lot of
5 little
6 much
7 much
Slide 12 - Tekstslide
ALTIJD => Wie Doet Wat Waar Wanneer?!
Opdr, 5 (totaal 3 punt)
1 had dinner in the dining room at 7 o'clock.
2 she going to Sydney next year?
3 walk our dog in the park every morning.
Slide 13 - Tekstslide
Opdr 6. totaal 6 punten)
a
1 have breakfast in the kitchen every morning / have breakfast in the kitchen each morning / eat breakfast in the kitchen every morning / eat breakfast in the kitchen each morning
2 were in the garden ten minutes ago / were in the garden 10 minutes ago
3 and his friends are at the beach today / and his friends are on the beach today
b
1 Every morning, we have breakfast in the kitchen / Each morning, we have breakfast in the kitchen / Every morning, we eat breakfast in the kitchen / Each morning, we eat breakfast in the kitchen.
2 Ten minutes ago, they were in the garden / 10 minutes ago, they were in the garden.
3 Today, James and his friends are at the beach / Today, James and his friends are on the beach.