Herhalen 4.1 en 4.2

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Herhalen stof voor de vakantie in LessonUp

Uitleg afronden (1/1)
Aan de slag (1/1)

Nakijken + Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

Waarde van getallen
13 401,67
1 is een tienduizendtal        10 000
3 is een duizendtal                 3 000
4 is een honderdtal                    400
0 is een tiental                                 00 
1 is een eenheid                                 1
6 is een tiende                                    0,6
7 is een honderste                            0,007

Slide 3 - Tekstslide

Decimale getallen
Geheel getal heeft geen decimalen
Eén decimaal = 1 cijfer achter de komma
Twee decimalen = 2 cijfers achter de komma


Slide 4 - Tekstslide

Delers, veelvouden, even, oneven
Veelvouden = antwoorden van de tafel van een getal
Delers = getallen waardoor je kunt delen (en je uitkomt op een geheel getal)

Even getal = is deelbaar door 2 
Oneven getal = niet deelbaar door 2

Slide 5 - Tekstslide

Grote getallen
Duizend = 1 000                           3 nullen
Miljoen = 1 000 000                    6 nullen
Miljard = 1 000 000 000            9 nullen
Biljoen = 1 000 000 000 000   12 nullen

Slide 6 - Tekstslide

Paragraaf 4.1: Getallen
Ik kan van een getal zeggen welke waarde elk cijfer heeft.
Ik kan decimale getallen op volgorde zetten.
Ik weet wat veelvouden zijn.
Ik weet wat delers zijn.
Ik kan even en oneven getallen herkennen.

Slide 7 - Tekstslide

5 347,2

De waarde van het cijfer 5 is:
A
5
B
50
C
500
D
5 000

Slide 8 - Quizvraag

48,65
De waarde van het cijfer 5 is:
A
0,005
B
0,05
C
0,5
D
5

Slide 9 - Quizvraag

6 789,705

De waarde van het cijfer 5 is:
A
0,005
B
0,05
C
0,5
D
5

Slide 10 - Quizvraag

Zet de getallen op volgorde van klein naar groot.
Kleinste
Grootste
6,005
5,401
6,04
6
5,04

Slide 11 - Sleepvraag

Is 39 een veelvoud van 6?
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quizvraag

Is 120 een veelvoud van 4?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quizvraag

Schrijf de eerste zes veelvouden op van 3.

Slide 14 - Open vraag

Schrijf de eerste zeven veelvouden op van 7.

Slide 15 - Open vraag

Is 3 een deler van 21?
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quizvraag

Is 9 een deler van 82?
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quizvraag

Schrijf alle delers op van 32.

Slide 18 - Open vraag

Schrijf alle delers op van 48.

Slide 19 - Open vraag

Is 43 even of oneven?
A
Even
B
Oneven

Slide 20 - Quizvraag

Is 69 782 even of oneven?
A
Even
B
Oneven

Slide 21 - Quizvraag

Paragraaf 4.2: Grote getallen
Ik kan grote getallen met alleen cijfers schrijven.
Ik kan grote getallen in cijfers en woorden schrijven.

Slide 22 - Tekstslide

Schrijf 26,8 miljoen met alleen cijfers.

Slide 23 - Open vraag

Schrijf 859,3 miljard met alleen cijfers.

Slide 24 - Open vraag

Laatste:
Schrijf 680 530 000 met woorden en cijfers.

Slide 25 - Open vraag

Je mag nu je laptop opruimen

Slide 26 - Tekstslide