Examenbundel Quiz

Britain & The USA 
de examenbundel quiz. 

Op je Centraal Examen krijg je teksten uit kranten. Wat weet jij over het nieuws/geschiedenis uit de UK & USA????
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Britain & The USA 
de examenbundel quiz. 

Op je Centraal Examen krijg je teksten uit kranten. Wat weet jij over het nieuws/geschiedenis uit de UK & USA????

Slide 1 - Tekstslide

the United Kingdom

Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn de namen voor de metro in London?
A
metro
B
underground
C
tube
D
railway

Slide 3 - Quizvraag

Hoe heet dit lied?
Geluid
A
England the great
B
Born in the UK
C
God save the Queen
D
Oh Britain thou art wonderful

Slide 4 - Quizvraag

Hoort "the Republic of Ireland" bij het Verenigd Koninkrijk?
A
Nee
B
Ja

Slide 5 - Quizvraag

Wat is er anders aan het verkeer in the UK?

Slide 6 - Open vraag

Hoe bestel je in de UK een biertje?
A
A pint of lager, please.
B
Could I order a beer , please.
C
I want a beer.
D
A bear? Please!

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heet het buurland aan de andere kant van de Noordzee als geheel?
A
England
B
Britain
C
United Kingdom
D
England, Scotland, Wales

Slide 8 - Quizvraag

Wat is bingedrinking?

Slide 9 - Open vraag

Hoe noemen de Britten de landen die op het Europese vasteland liggen?
A
Europe
B
The Continent
C
The Overkant
D
Europa

Slide 10 - Quizvraag

De Britten houden graag hun eigen systemen aan. Wat doen ze anders dan de mensen op het Europese continent?
A
ze meten in feet & inches
B
ze meten temperatuur in Fahrenheit
C
ze gebruiken geen pinpas
D
ze wegen in pounds en ounces

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de Britse naam voor een ROC / MBO opleiding?

Slide 12 - Open vraag

Wat is een public school?
A
Een privéschool
B
een openbare school
C
een staatsschool

Slide 13 - Quizvraag

Welke twee scholen doorloop je in Groot Britannië?

Slide 14 - Open vraag

Post een foto!
Wie is de Minister President van het Verenigd Koninkrijk?

Slide 15 - Open vraag

The United States

Slide 16 - Tekstslide

De VS van Amerika hebben .... staten?
A
48
B
52
C
50
D
54

Slide 17 - Quizvraag

Nederland past .... x in Amerika qua oppervlakte
A
10
B
78
C
230
D
560

Slide 18 - Quizvraag

Welke staat heeft de meeste inwoners?
A
Montana
B
New Jersey
C
California
D
Georgia

Slide 19 - Quizvraag

Er zijn veel immigranten in Amerika. Waar komen zij vooral vandaan?
A
Turkije, Rusland en India
B
Mexico, China, India
C
Filippijnen, Australië en Canada
D
Syrië, Mexico en Michigan

Slide 20 - Quizvraag

Wie was GEEN Amerikaanse President?
A
B
C
D

Slide 21 - Quizvraag

Waar ging de Amerikaanse burgeroorlog (grotendeels) over?
A
afschaffing van de slavernij
B
belastingverhogingen
C
de slechte leefomstandigheden
D
het gebrek aan regels

Slide 22 - Quizvraag

Wat wordt gevierd op de 4th of July?

Slide 23 - Open vraag

Welke sporten zijn het meest populair in in welk land? 
Rugby
Tabletennis
Golf
Baseball
WWE wrestling
Snooker
Horse Racing
Ice Hockey
Softball
Basketball

Slide 24 - Sleepvraag

In welke staat werd er goud gevonden in 1848?
A
Hawaii
B
California
C
Missouri
D
Arizona

Slide 25 - Quizvraag

Hoe heet dit lied?
Geluid
A
America the great
B
the Star Spangled Banner
C
God Bless the USA
D
Take me home, country roads

Slide 26 - Quizvraag

Het Centraal Examen

de teksten

Slide 27 - Tekstslide

Waar komen de teksten uit het CE vandaan?
A
van het internet
B
uit kranten en tijdschriften
C
speciaal geschreven voor het examen

Slide 28 - Quizvraag

Wat is een tabloid krant?
A
serieuze krant
B
roddelkrant

Slide 29 - Quizvraag

Wat voor andere teksten krijg je NIET op het CE?
A
teksten uit folders / reisgidsen
B
formulieren of advertenties
C
sprookjes of verhalen
D
teksten uit tijdschriften

Slide 30 - Quizvraag

Wanneer is het examen Engels gl/tl?
A
13 mei 9.00-11.00
B
13 mei 13.30-15.30
C
14 mei 9.00-11.00
D
14 mei 13.30-15.30

Slide 31 - Quizvraag

Wanneer is het examen Engels kader?
A
23 mei 9.00-11.00
B
23 mei 13.30-15.30
C
24 mei 9.00-11.00
D
24 mei 13.30-14.30

Slide 32 - Quizvraag

Wat mag je bij CSE Engels gebruiken?
A
alleen woordenboek E-N
B
alleen woordenboek N-E
C
Woordenboek E-N / N-E
D
Woordenboek E-N / N-E/ N-N

Slide 33 - Quizvraag

Alvast een fijne vakantie en veel succes met jullie examens!!

Slide 34 - Tekstslide