Van wens naar wet
1 / 22
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Soms is een nieuwe wet nodig om de Nederlandse samenleving goed te laten werken.
Eén van de belangrijkste taken van de Tweede Kamer is om samen met de regering nieuwe wetten te maken.
Meestal komen wetsvoorstellen van de regering.
Maar ook leden van de Tweede Kamer mogen wetsvoorstellen maken.
Doordat Kamerleden met de burgers in Nederland praten, krijgen ze ideeën voor nieuwe wetten.
Slide 6 - Tekstslide
Tweede Kamerleden schrijven zelf de initiatiefwetsvoorstellen, maar kunnen ook hulp krijgen bij het schrijven van hun eigen medewerkers of van medewerkers van het Bureau Wetgeving van de Tweede Kamer die veel verstand hebben van het maken van wetten. Maar ook medewerkers van het ministerie dat over het onderwerp gaat, kunnen de Kamerleden helpen.
Slide 7 - Tekstslide
Als het initiatiefwetsvoorstel is geschreven, wordt het ingediend bij de Tweede Kamer. Daarna geeft de Raad van State een oordeel over de inhoud. Daar is de Raad van State speciaal voor. De Tweede Kamerleden bestuderen het wetsvoorstel en bespreken het in een openbare vergadering; soms brengen ze veranderingen aan. Daarna stemmen de Kamerleden over het wetsvoorstel met de eventuele veranderingen. Als de Kamerleden vóór stemmen gaat het naar de Eerste Kamer.
Slide 8 - Tekstslide
In de Eerste Kamer wordt het nóg een keer goed bekeken. Ook hier wordt het wetsvoorstel in een openbare vergadering behandeld en wordt erover gestemd.
Als de Kamerleden vóór stemmen en het wetsvoorstel dus aangenomen is, gaat het naar de Koning.
Slide 9 - Tekstslide
Als de Koning zijn handtekening gezet heeft gaat het naar de minister die moet ook tekenen.
Daarna wordt de wet gepubliceerd in het Staatsblad. Pas dan is het plan een wet.
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Hoeveel gouden muntjes had je?
8
7
6
5
4
3
2
1
0
Slide 11 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
1. Kies een onderwerp (4 minuten)
Vraag aan leerlingen/studenten welk onderwerp ze zouden kiezen als ze één ding in Nederland mochten veranderen. Laat hen individueel stemmen door handopsteken. Iedereen mag maar één stem uitbrengen. Met het meest gekozen onderwerp gaan ze verder. Als er geen duidelijk winnend onderwerp is, houd dan een tweede stemming tussen de twee populairste onderwerpen. Kies een van de onderwerpen
Slide 14 - Tekstslide
2. Welk onderwerp is gekozen? (1 minuut)
Zorg dat het voor iedereen duidelijk is welk onderwerp gekozen is. Alle leerlingen gaan met dit onderwerp verder, ongeacht op welk onderwerp ze zelf gestemd hebben.
3. Wetsvoorstellen bedenken (5 minuten)
Laat elk groepje een wetsvoorstel bedenken. Ze moeten bedenken wat ze zouden willen veranderen én met welke concrete maatregel ze dit willen bereiken. Dit voorstel moet passen binnen de zin: ‘Wij willen …, door …’Kies een van de onderwerpen
Slide 15 - Tekstslide
Kies een wetsvoorstel (2 minuten)
Lees de ingebrachte wetsvoorstellen voor. Laat iedereen wederom stemmen door handopsteken. Iedereen mag maar één stem uitbrengen. Vul de stemmen in op het scherm. Met het meest gekozen wetsvoorstel gaan jullie verder. Als er geen duidelijk winnend wetsvoorstel is, volgt een tweede stemming tussen de populairste voorstellen. Kies een van de onderwerpen
Slide 16 - Tekstslide
Kies een van de onderwerpen
Slide 17 - Tekstslide
ID, OV, lunch
Slide 18 - Tekstslide
ID, OV, lunch
Slide 19 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 20 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Slide 21 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Hoeveel gouden muntjes had je?
16
15-14
13-12
11-10
9-8
7-6
5-4
3-2
1-0
Slide 22 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
