Quiz Printdesign 1

Quiz Printdesign 1
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
DP4Middelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Quiz Printdesign 1

Slide 1 - Tekstslide

Wat gebeurt er als je een te kleine afbeelding gebruikt?
A
Word scherp
B
Word onscherp
C
Kun je niet groter maken
D
Kun je niet gebruiken

Slide 2 - Quizvraag

Een goede poster…
A
is van veraf leesbaar
B
bevat veel interessante informatie

Slide 3 - Quizvraag

Als je nadenkt waar je een object plaatst, dan denk je na over…
A
Uitlijning
B
Centreren
C
Opslaan
D
Bijsnijden

Slide 4 - Quizvraag

Als je de foto zo plaatst dat de hele pagina gevuld wordt, dan ben je aan het:
A
Uitlijnen
B
Centreren
C
Opslaan
D
Bijsnijden

Slide 5 - Quizvraag

Is deze foto abstract of realistisch?

Slide 6 - Tekstslide


A
Abstract
B
Realistisch

Slide 7 - Quizvraag

Hoe noem je het als je iets in het midden plaatst?
A
Uitlijnen
B
Uitvullen
C
Opmaken
D
Centreren

Slide 8 - Quizvraag

Waarom sla je iets op als PDF?
A
Omdat dat heel bekend is
B
Omdat je het dan kunt bewerken
C
De meeste apparaten kunnen dat openen

Slide 9 - Quizvraag

Is dit een poster of een collage?

Slide 10 - Tekstslide


A
Poster, want het is een geheel
B
Collage, het bestaat uit meerdere onderdelen

Slide 11 - Quizvraag

Is dit een poster of een collage?

Slide 12 - Tekstslide


A
Collage
B
Poster

Slide 13 - Quizvraag

Op welk formaat moet een poster worden gemaakt?
A
A0/A1
B
A2/A3
C
A4/A5
D
A7/A8

Slide 14 - Quizvraag

Op welk formaat moet een flyer worden gemaakt?
A
A0/A1
B
A2/A3
C
A4/A5
D
A7/A8

Slide 15 - Quizvraag

Een folder is meestal
A
A3-formaat
B
A5-formaat
C
A4-formaat
D
A6-formaat

Slide 16 - Quizvraag

Als je twee vouwen in het A4-blaadje vouwt, heb je in totaal … kolommen. (vergeet voor en achter niet)
A
2
B
4
C
6
D
8

Slide 17 - Quizvraag

Op welke kolom komt de voorkant?

Let op de manier waarop deze folder gevouwen is.

Slide 18 - Tekstslide

Op welke kolom komt de voorkant?

A
1
B
2
C
3

Slide 19 - Quizvraag

Waar zou je Word voor gebruiken? Meerdere antwoorden zijn goed
A
Aantekeningen maken
B
Een flyer maken
C
Een poster maken
D
Een brief schrijven

Slide 20 - Quizvraag

Welk programma zou je gebruiken om een werkstuk in te maken?
A
PowerPoint
B
Publisher
C
Word
D
Excel

Slide 21 - Quizvraag

Waarvoor is een flyer bedoeld?
A
Om op te hangen
B
Om op een website te plaatsen
C
Om op te sturen
D
Om uit te delen

Slide 22 - Quizvraag

Deze tekst is verdeeld in...

Slide 23 - Tekstslide

Deze tekst is verdeeld in...
A
Vakken
B
Staven
C
Kolommen
D
Tekst

Slide 24 - Quizvraag

Welk printproduct wordt altijd gevouwen?
A
Folder
B
Flyer
C
Collage
D
Alle 3

Slide 25 - Quizvraag