speaking

Speaking
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Speaking

Slide 1 - Tekstslide

Lesson goals
  • Je gaat oefenen met Engelse spreekvaardigheid
  • Je leert verschillende manieren waarop je een antwoord kunt starten
  • Je leert aangeven dat je iets niet snapt
  • Je leert om verduidelijking te vragen 
  • Je leert een aantal 'vulwoorden' die je kunt gebruiken

Slide 2 - Tekstslide

Examen: Spreken & Gesprekken
  • Punt voor spreken gehad
  • Nu oefenen met gesprekken

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Engelse spreekvaardigheid
  • Voor iedereen anders
  • De ene doet dit vloeiend, de ander vindt het moeilijk om te beginnen

Een aantal tips om je te helpen een gesprek te starten.
Als je deze gebruikt, ben je al met spreekvaardigheid bezig en hier scoor je punten mee!

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

timer
1:00

Slide 11 - Tekstslide

timer
1:00

Slide 12 - Tekstslide

timer
1:00

Slide 13 - Tekstslide

timer
1:00

Slide 14 - Tekstslide

timer
1:00

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht:
  • Bedenk een stelling die jij wilt beantwoorden
  • Je gaat (minimaal 1 minuut) in het Engels antwoord geven op je stelling
  • Gebruik gespreksstarters, vulwoorden, koppelwoorden (because, therefore,since, as, like)
  • Antwoord in hele volzinnen

Slide 16 - Tekstslide

Voorbeelden van fillers/hesitation devices
Fillers (vulwoorden):
  • You know
  • I mean
  • You see


Stalling for time (tijdrekken):
  • Let's see
  • Now let me think  for a second
  • Hang on
  • Now, that's a difficult one!

Slide 17 - Tekstslide

Listen for signal words or phrases that connect ideas 

reasons — because, since
results — as a result, so, therefore, thus, consequently
examples — for example, such as
comparisons — in contrast, than
an opposing idea — on the other hand, however
another idea — furthermore, moreover, besides

Slide 18 - Tekstslide

Je gebruikt voegwoorden om zinnen samen te voegen, bijvoorbeeld:
She booked a ticket to Paris. She had always wanted to climb the Eiffel tower.
She booked a ticket because she had always wanted to climb the Eiffel Tower.


Voegwoorden worden gebruikt om zinnen te verbinden.

gelijktijdig                                      as, while
gevolg                                             so, so that, therefore
keuze                                               or
oorzaak                                           as, because, for, since
opsomming                                   and
tegenstelling                                 although, however, whereas, but (even) though




Slide 19 - Tekstslide

Linking words
  • Words that connect two sentences.
  • Types of Linking words.
    Addition: and, also, moreover, furthermore
    Contrast: but, however, nevertheless, on the other hand
    Cause and effect: because, since, as a result, consequently
    Time: then, later, after, before
    Conclusion: in conclusion, to sum up, therefore, thus

Slide 20 - Tekstslide

Conjunctions

Conjunctions (or linking words or discourse markers)

Help to give your structure; connect words and phrases


Examples:

1. and, but, or, so, -> connect sentences

2. because, since, therefore, due to (vanwege) -> explanation, reason

3. first, next, finally, anyway -> conclusion, to sum up


And many more.....




Slide 21 - Tekstslide

Conjunctions

Conjunctions (or linking words or discourse markers)

Help to give your structure; connect words and phrases


Examples:

1. and, but, or, so, yet -> connect sentences

2. because, since, therefore, due to (vanwege) -> explanation, reason

3. first, next, finally, anyway -> conclusion, to sum up


And many more.....




Slide 22 - Tekstslide

Conjunctions

Conjunctions (or linking words or discourse markers)

Help to give your structure; connect words and phrases


Examples:

1. and, but, or, so, yet -> connect sentences

2. because, since, therefore, due to (vanwege) -> explanation, reason

3. first, next, finally, anyway -> conclusion, to sum up


And many more.....




Slide 23 - Tekstslide