Les 3.3 11 feb

 Today
  • Friday Funday: tongue twister
  • Lesson 3.4: Spots and stripes
       -  Listening
       -  Explain grammar: plurals

  • Do exercises with the plurals
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

 Today
  • Friday Funday: tongue twister
  • Lesson 3.4: Spots and stripes
       -  Listening
       -  Explain grammar: plurals

  • Do exercises with the plurals

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Listening
Workbook page 99
Exercise 29

  • Read the statements
  • Listen to the recording
  • Choose the correct answer
  • Check answers

Slide 3 - Tekstslide

Please take
your notebook in
front of you

Slide 4 - Tekstslide

Plurals
In het Engels zet je zelfstandige naamwoorden in het meervoud door er een -s aan vast te schrijven.

Slide 5 - Tekstslide

Plurals
1.  Een sis-klank (-s, -sh, -ch, -ss, -x, -z)
dan plak je -es achter het woord
one box  >  five boxes
Zelfstandig naamwoord eindigt op:
one bus  >  two buses
2.  Een medeklinker + -y
-y weghalen, -ies erachter plakken
one baby  >  three babies
one lady  >  four ladies

Slide 6 - Tekstslide

Plurals
3.  -f of -fe,
-f(e) weghalen, -ves erachter plakken
one knife  >  two knives
Zelfstandig naamwoord eindigt op:
one wolf  >  five wolves
2.  (veel woorden) -o,
-es erachter plakken
one hero  >  ten heroes
one tomato  >  two tomatoes

Slide 7 - Tekstslide

Plurals
Eigen meervoudsvorm
(uit je hoofd leren!)

Slide 8 - Tekstslide

Plural of:
A
shoe
B
shoes
C
schoenen
D
shoos

Slide 9 - Quizvraag

Plural of:
A
tomatos
B
tomaten
C
tomato's
D
tomatoes

Slide 10 - Quizvraag

Plural of:
A
child
B
childs
C
childrens
D
children

Slide 11 - Quizvraag

Plural of:
A
puppies
B
puppy's
C
puppys
D
puppen

Slide 12 - Quizvraag

What is the plural of 'gift'?

Slide 13 - Open vraag

What is the plural of 'woman'?

Slide 14 - Open vraag

What is the plural of 'party'?

Slide 15 - Open vraag

What is the plural of 'bus'?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Tekstslide