MH1A K2 Les3 Week 46

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t, havo, vwo
• Leerjaar 2

Liebe Leute, das Programm für heute

Hausaufgaben Check

Lesen

Grammatik

An die Arbeit

LERNZIELE

• Ik begrijp Duitse tekst over familie
• Ik weet hoe ik leesstrategieën kan gebruiken
• Ik ken de betekenis van de woordjes van de Lernliste D-Lesen

Denken Delen Uitwisselen

Lesetext: Gewinnspiel: Beste Freunde

DENKEN: zelf nadenken doe je in stilte ZONDER overleg:

1a. Was bedeutet "beste Freunde"?

1b. Als volgt:

1. Lees en snap de vraag eerst

2. Ga in de tekst de informatie zoeken

DELEN: Antwoorden overleggen en bespreken met klasgenoot/-genoten:

UITWISSELEN: Klassikaal

ich

du

er, sie, es

wir

ihr

sie, Sie

haben = hebben

habe

hast

hat

haben

habt

haben

uitleg

haben und sein

ich

du

er/sie/es/man

wir

ihr

sie/Sie

habe

hast

hat

haben 

habt

haben

bin

bist

ist

sind

seid 

sind

haben= hebben

sein= zijn

ONLINE: geplande taak week 46

Kapitel 2 Online geplande taak OF in je boek:

Maken: 

Grammatik Aufgaben 19 t/m 22

Sprechen üben 31 + 32

Leren: 

Lernliste N-D HELEMAAL

Lernliste D-N HELEMAAL

Bis Später!

SO besprechen 

TAFELS HELEMAAL LEEG

We bekijken nu het filmpje over leesstrategieën:

Link leesvaardigheid tips

En een video over "gokken"

Link multiple-gok

Leesstrategieën

Wat is een leesstrategie? = hoe je een tekst leest.

- oriënterend lezen 

   = voorspellen

- globaal lezen

  = scannen/skimmen

- zoekend lezen

  = informatie vinden

- intensief lezen

Woordenboek D-N

Je mag bij een leestoets een woordenboek Duits-Nederlands gebruiken, maaaaaar:

- hele werkwoorden: "magst"  = "mögen"

- Enkelvoud: "Häuser" = "Haus"

- Meerdere betekenissen

- Oefen daarmee

HAUSAUFGABEN FERTIG?

BOEK/SCHRIFT PAKKEN:

Sprachmittel vertalen naar het Nederlands

Aufgabe 23: vertalen + antwoorden geven in volle zinnen

BUCH: Seite 22/31 (kgt) of ? (gt-h)

Persoonlijk voornaamwoord in het Duits 

enkelvoudsvormen
ik	ich
jij	du
hij (Max)	er
zij (Kim)	sie
het (het kind)	es

meervoudsvormen
wij	wir
jullie	ihr
zij	sie
u	Sie

sein

sein = zijn 

ich	bin
du	bist
er/sie/es	ist
wir	sind
ihr	seid
sie/Sie	sind

Oefen so

TIPS:

- Werkwoorden in de Lernliste: voltooid deelwoorden!

- Leer ook de meervoudsvormen

- Hoofdletters, lidwoorden, Umlauten

- Leer dus nauwkeurig

Nog even leren.....

• 5 minuten leren
• Lernliste Niederländisch Deutsch
• Werkwoord "sein"
• Persoonlijke voornaamwoorden

DAARNA BOEKEN DICHT.....

Vertaal naar het Duits:

een

Vertaal naar het Duits:

oud

Vertaal naar het Duits:

hoe

Vertaal naar het Duits:

het jaar

Vertaal naar het Duits:

de namen

Vertaal naar het Duits

negentien

Vertaal naar het Duits

zeven

Vertaal naar het Duits

wij

Vertaal naar het Duits

jij

Vertaal naar het Duits

u (denk aan hoofdletter)

Vertaal naar het Duits

jullie zijn: ___________ sehr schlau!

Vertaal naar het Duits

is: Max ___________ auch sehr schlau!

Vertaal naar het Duits

Ben jij: _____________ heute Abend zu Hause?

Kies je juiste vorm van het werkwoord "sein

"Karel ________ oft bei seinen Großeltern.

Kies je juiste vorm van het werkwoord "sein

"Meine Eltern _________ nie böse."

Kies je juiste vorm van het werkwoord "sein

Frau V., Sie __________ nicht sehr deutlich.

Kies je juiste vorm van het werkwoord "sein

Wann __________ ihr wieder zu Hause?

Kies je juiste vorm van het werkwoord "sein

Ja stimmt, ich ________ Morgen wieder da.

Hoe leer ik grammatica?

VERSCHILLENDE manieren

- schrijven of typen (bijv. online boek of StudyGo of Quizlet

- losse woordjes (ik = ich)

- een schema invullen

- door het liedje te leren (wel zorgen dat je het ook kunt schrijven)

- door blokjes te leren (wij zijn = wir sind)

Hoe kan ik de woordjes leren

VERSCHILLENDE manieren

- leer altijd in "blokjes" van 5 à 10 woordjes

- leer niet langer dan een half uur, neem dan even pauze

- woordjes vaak opschrijven, daarna de hand op de vertaling

    en moeilijke woordjes herhalen

- woordjes vaak typen (bijv. SlimStampen of StudyGo of Quizlet)

StudyGo Lernliste N-D

Extra tijd om te leren

1. Leer voor jezelf de getallen 0 tot 20 op blz. 30

2. maak een bingokaart met 9 getallen 0 t/m 20

3. wir spielen bingooooo, je maakt zelf de kaart

     1.    1 rij: horizontaal/verticaal/diagonaal

     2.   2 rijen: horizontaal/verticaal/diagonaal

     3.   volle kaart