ZV semester 1 week 2 AFP

Stukje herhaling
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Stukje herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Xperts gemaakt?
Anatomie en fysiologie- 00. Inleiding
Anatomie en fysiologie- 01. De cel

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Transversaal vlak
Frontaal vlak
Saggitaal vlak

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

in
boven
rondom
voor
onder
na
Intra
Supra
Peri
Pre
Sub
Post

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent lateraal?
A
Richting de buik
B
Richting de zijkant
C
Richting het hoofd
D
Richting de buitenkant

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke 4 weefselsoorten zijn er?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het grootste orgaan van het menselijk lichaam?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bouw en functie van huid, slijmvliezen, gebit

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat de bouw, de structuren en de functie van de huid zijn.
  • Je kunt uitleggen wat de bouw is van de borsten, de nagels en het gebit.
  • Je kunt uitleggen wat de functie is van de slijmvliezen.


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem de functies van de huid

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De functies van de huid
  1. Lichaamstemperatuur regelen. 
  2. Receptoren om pijn, druk, warmte en kou te voelen.
  3. Stoffen uitscheiden: zouten en afbraakproducten via zweet.
  4. Lichaam beschermen tegen schadelijke invloeden van buitenaf. (organen beschermen)
  5. Vet opslaan in het onderhuids bindweefsel. 
  6. Vormen van vitamine D:  groei en het behoud van botten en tanden. 



Slide 12 - Tekstslide

Beschermen: zichtbare en onzichtbare barriere: hoornlaag en biochemische barriere (zweet en talgklieren d.m.v. melk- en vetzuur + melanine beschermt tegen zonlicht)

In welke voedingsmiddelen zit ook nog vitamine D?

A
in groente en fruit
B
in melkproducten
C
in vette vis en boter
D
in vlees

Slide 13 - Quizvraag

Lichaamstemperatuur regelen. Als de lichaamstemperatuur daalt, wordt de doorbloeding van de huid minder. Er wordt dan minder warmte aan de omgeving afgegeven en de huid ziet bleek. Wanneer de lichaamstemperatuur te hoog dreigt te worden, verhoogt de doorbloeding van de huid. Er wordt dan meer warmte aan de omgeving afgegeven en de huid ziet rood. De lichaamstemperatuur wordt ook beïnvloed door de zweetklieren in de huid. Door de verdamping van transpiratievocht gaat er lichaamswarmte verloren en daalt de lichaamstemperatuur.
Bouw van de huid
De huid (cutis) 

  • opperhuid (epidermis);
  • lederhuid (dermis);
  • onderhuids bindweefsel (hypodermis, subcutis).


Slide 14 - Tekstslide

Het dunste stukje huid, de oogleden, is maar een halve millimeter dik. Het dikste stukje huid zit op de voetzolen en kan wel vijf millimeter dik zijn. 
Opperhuid (epidermis)
  • Hoornlaag (stratum corneum): dode en verhoornde cellen
  • Kiemlaag (moederlaag/stratum basale/slijmlaag): cellen delen zich. 
  • In kiemlaag zit pigment

Slide 15 - Tekstslide

kubusvormige epitheelcellen. Als ze naar boven schuiven, worden ze platter, want onderweg verliezen ze vocht en verdwijnt hun celkern. Uit het protoplasma van die cellen wordt de hoornstof gevormd. Zo ontstaat de hoornlaag die uiteindelijk wordt afgestoten.
Opperhuid
Hoornlaag: houdt bacteriën en virussen buiten en water binnen. Alleen bij zweetklieren water loslaten. Verhoornde cellen.

Heldere laag bevat keratine. Eiwit dat huid stevig en soepel houdt.
Korrellaag: keratine wordt hier gemaakt.

Ontkiemende laag (bestaat uit stekelige laag en kiemlaag): celdeling
Hoe lang duurt het totdat je een volledig nieuwe huid hebt gemaakt?




Slide 16 - Tekstslide

30 dagen (tijd tussen delen van cellen en afschilfering)
Lederhuid (dermis)
  • De lederhuid bestaat uit bindweefselcellen met veel elastische vezels.  
  • Bevat veel bloedvaten en zenuwen. 
  • De cellen van de opperhuid worden gevoed vanuit de bloedvaten in de lederhuid. 
  • Bevat zweetklieren, talgklieren en haarwortels, zenuwuiteinden 
  • Lederhuid bestaat uit 2 lagen: papillaire laag (geeft voedingsstoffen aan opperhuid) en netvormige laag (collageenvezels).

Slide 17 - Tekstslide

Elke haarfollikel staat in verbinding met een klier: de talgklier.
Dankzij de talg blijven haar en huid soepel en kan de huid geen water opzuigen, waardoor de huid wordt beschermd tegen het binnendringen van micro-organismen.
Onderhuids bindweefsel
(subcutis)
  • vormt de verbinding tussen de opperhuid/lederhuid en de botten/spieren
  • losmazig weefsel en voor een groot deel gevuld met vet
  • veel bloedvaten en zenuwvezels

Functies:
- vet opslaan
- bescherming bieden (stootkussen en isolatie)

Slide 18 - Tekstslide

 Het vet is reservevoedsel, dient als beschermlaag en zorgt voor warmte-isolatie. 
In welke laag zitten de zweetklieren, talgklieren en haarfollikels?
A
Opperhuid (epidermis)
B
Lederhuid (dermis)
C
Onderhuids bindweefsel (subcutis)

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat verlies je naast water ook veel als je zweet?

Slide 20 - Open vraag

Je verliest ook mineralen zoals glucose, natrium, kalium.
Daarom Risico op flauwvallen
Eelt
Hoornlaag van opperhuid is extra dik.
Handpalmen en voetzolen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Borsten
  • Zowel mannen als vrouwen hebben borstklieren.
  • door oestrogeen borstgroei
  • Melkklieren
  •  Elke borstklier bestaat uit kwabjes (ook wel trosjes genoemd)

Slide 22 - Tekstslide

Oestrogeen wordt bij vrouwen afgescheiden door de eierstokken.
In één borst zitten ongeveer vijftien tot vijfentwintig melkklieren, die ieder een melkkanaal hebben dat naar de tepel van de vrouw toe loopt.
Nagels
Nagels groeien in de kiemlaag van je huid. Ze bestaan uit keratine en zorgen dat:
  • je een betere kracht in je vingers hebt om voorwerpen vast te houden;
  • je kunt krabben;
  • je vingertoppen en je tenen beschermd zijn tegen stoten.

Vanuit de nagelwortel groeit de nagel in de lengte. 

Vanuit het nagelbed groeit de nagel dikker, doordat er hoorncellen afgezet worden.  

Slide 23 - Tekstslide

Het bleke halve maantje aan het uiteinde van de nagel ontstaat door lucht onder de doorzichtige nagel.
Haren
Haren groeien in haarzakjes.

De haarzakjes bestaan uit dode cellen, keratine en pigment. 

Binnen in je haarzakjes zitten talgklieren die talg maken.

Haarbulbus: onderkant haarzakje is verdikt

In haarbulbus zit een holte = haarpapil -> hierin zenuwtakjes en bloedvaten.

Haarwortel
Haarschacht
Haaroprichterspier: elke haar zit vast aan een spier.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel haren verlies je ongeveer per dag?

Slide 25 - Open vraag

50-100 ongeveer per dag.

Totaal heb je er tussen de 100.000 en 150.000
Slijmvliezen
Laag van (epitheel)cellen die de lichaamsholte van verschillende organen (mond, keel, longwegen, maag, darm, vagina) bedekken en slijm produceren.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gebit
  • 32 gebitselementen
  • boven en onderkaak en per kaakhelft:
- twee snijtanden;
- een hoektand;
- twee valse kiezen;
- drie ware kiezen



Slide 27 - Tekstslide

Tussen zijn zesde en twaalfde levensjaar wisselt een mens het melkgebit voor het blijvende gebit.
Anatomie tand
  • glazuur: mineralen
  •  tandbeen, gevoelig
  • wortelvlies: verbinding tussen kaak en tand
  • pulpa (tandmerg): doorbloed + zenuwen
  • wortel
  • bloedvaten
  • zenuwen
  • kaakbot

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies