6 mei 2025: woordenschat en tekst

Vak: Nederlands
Woordenschat
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Terugblik
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vak: Nederlands
Woordenschat
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Terugblik
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

Welkom!
Telefoon in de bak.
Neem plaats.
Jas uit.
Op tafel: Werkboek Nederlands of laptop en schrift dicht 
Tas op de grond.
Niet eten of drinken in de klas.
Presentie!
timer
2:00

Slide 2 - Tekstslide

Dinsdag 15 april 2025
Wat: Par. 4.5
Wanneer: 12:40-14:20
Hoe: Gezamelijk/ zelfstandig werken
Klaar: Par. 4.5 opdrachten maken
HW: Par. 4.5 opdrachten maken
Lesdoel: Zie vorige slide!
Taaldoel: Woorden opknippen

Slide 3 - Tekstslide

timer
1:00
Woorden opknippen

Slide 4 - Woordweb

Lesdoel(en)
Aan het einde van deze les kan je:
  • de betekenis van onbekende woorden vinden door een woord op te knippen en te kijken naar een bekend woorddeel, en met een onbekend woord één zin opschrijven

Slide 5 - Tekstslide

Woorden opknippen en bekend woorddeel
Woorden opknippen en kijken naar een bekend woorddeel:

- Op zoek gaan naar delen van het woord die je al kent en nadenken over wat het woord kan betekenen

Slide 6 - Tekstslide

Voor het lezen: Tekst
Wat is het onderwerp van de tekst?
Vertel eens een ervaring over het onderwerp van de tekst.

Slide 7 - Tekstslide

Pasen/Paashaas/paaseieren
Pasen: Opstanding van Jezus (Christendom), weer tot leven en opnieuw geboren.

Paashaas en paaseieren
Vroeger: Echte eieren worden beschilderd en versierd en verstopt door de paashaas? Paashaas staat voor geboorte en nieuw leven.

Nu: Paashaas verstopt s'nachts paaseieren en snoepjes in tuinen en huizen, zodat kinderen ze op paaszondag kunnen zoeken en verzamelen.

Slide 8 - Tekstslide

Tijdens het lezen: 
1. Lees de tekst zelfstandig
2. Schrijf alle woorden die je kunt opknippen op het blaadje.

Slide 9 - Tekstslide

Tijdens het lezen: 
1. Ruil je blaadje met je klasgenoot.
2. Sla een paar regels over op het blaadje.
3. Vul het rijtje met woorden van je klasgenoot aan met woorden van jouw eigen blaadje.

Slide 10 - Tekstslide

Woorden van de tekst die je kunt opknippen

  • kunstwerk 
  • verfklodder
  • paasontbijt 
  • paasdozen
  • zelfgeknutselde 
  • vruchtensapje 
  • papier-maché 
  • crêpepapier
  • kindervinger 

Slide 11 - Tekstslide

Na het lezen: Kies één onbekend woord uit en schrijf een zin op met dit woord.

  • kunstwerk 
  • verfklodder
  • paasontbijt 
  • paasdozen
  • zelfgeknutselde 
  • vruchtensapje 
  • papier-maché 
  • crêpepapier

Slide 12 - Tekstslide

Wat is je onbekend woord?
Lees je zin op!
Zin met het onbekend woord opschrijven

Slide 13 - Tekstslide