2. introductie middeleeuwen V4
1 / 23
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Noteer drie 'dingen' uit paragraaf 1 die je bij zijn gebleven.
Slide 3 - Open vraag
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Wie is de opperste leenheer in het feodale stelsel?
A
Koning
B
Vazallen
C
Adel
D
God
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
De eerste steden in Europa ontstonden
A
in de vroege middeleeuwen
B
in de hoe middeleeuwen
C
in de late middeleeuwen
Slide 19 - Quizvraag
De macht van de adel neem af en de burgerij komt steeds verder op in
A
de vroege middeleeuwen
B
de hoge middeleeuwen
C
de late middeleeuwen
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Tekstslide
Frankrijk
feodale stelsel
Karel de Grote
vroege middeleeuwen
Adel
theocentrisch
Duitse rijk
De Nederlanden
leenheer
vazal
5e - 9e eeuw
hoge middeleeuwen
burgers
geestelijken
ridderlijk
burgerlijk
late middeleeuwen
