1V_H9.1B_Schaal (+9.2a omtrek en oppervlakte)

9.1B Schaal (+9.2a omtrek en oppervlakte)
  • Terugblik

  • Uitleg

  • Aan de slag 
Aan het einde van de les...

... kan ik rekenen met schaal en weet ik wat oppervlakte en omtrek is.
Pak je spullen erbij: Laptop, schrift, schrijfware EN rekenmachine
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

9.1B Schaal (+9.2a omtrek en oppervlakte)
  • Terugblik

  • Uitleg

  • Aan de slag 
Aan het einde van de les...

... kan ik rekenen met schaal en weet ik wat oppervlakte en omtrek is.
Pak je spullen erbij: Laptop, schrift, schrijfware EN rekenmachine

Slide 1 - Tekstslide


Slide 2 - Open vraag

9.1B: Schaal
Schaal
1 : 25
Schaal
10.000 : 1
!

Slide 3 - Tekstslide

Modurodam is gemaakt op schaal 1 : 25.

Hoe berekenen je hoeveel cm iemand wordt nagemaakt, die normaal 1,60 meter is?
A
1,6·25
B
1,6÷25
C
160·25
D
160÷25

Slide 4 - Quizvraag

Meneer Kraai wil tapijttegels in zijn woonkamer. De tegels zijn 1 bij 1 meter. De woonkamer is 7 bij 4 meter.

Hoeveel tapijttegels zijn nodig?
A
11
B
22
C
28
D
Dat kun je niet weten.

Slide 5 - Quizvraag

(De woonkamer is nog steeds
7 bij 4 meter.)
Meneer Kraai wil ook plinten langs de randen van de vloer.

Hoeveel meter plint is nodig?
A
11
B
22
C
28
D
Dat kun je niet weten.

Slide 6 - Quizvraag

9.2A: Omtrek en Oppervlakte
De omtrek van een figuur is de lengte van de rand.

De oppervlakte van een figuur geeft aan hoeveel de oppervlakte-eenheid erop past.

Slide 7 - Tekstslide

9.2A: Omtrek en Oppervlakte
?
De omtrek van een figuur is de lengte van de rand.

De oppervlakte van een figuur geeft aan hoeveel de oppervlakte-eenheid erop past.
!

Slide 8 - Tekstslide


Wat is hier de omtrek van de rechthoek hiernaast?
En de oppervlakte?
A
omtrek = 22 cm² oppervlakte = 24 cm
B
omtrek = 16 cm oppervlakte = 22 cm²
C
omtrek = 11 cm oppervlakte = 24 cm²
D
omtrek = 22 cm oppervlakte = 24 cm²

Slide 9 - Quizvraag

Aan de slag
Hoe?
  • Zelfstandig/met duo.
Hulp?
  • Steek je hand op, vraag aan duo
Tijd?
  • Tot 5 minuten voor tijd
Klaar?
  • Denk eraan om notatie te oefenen, of opdrachten opnieuw te maken.
  • Vraag aan docent.
Wat?
  • 4 t/m 12
online:
Je mag weg. Als je niet zeker bent dat je alles begreep, raad ik aan om te blijven.

Slide 10 - Tekstslide


Deze les.
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Poll

Dit wil ik nog vertellen
(of tips en tops)

Slide 12 - Open vraag