§2.3 Stad en land

§3 Stad of platteland
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

§3 Stad of platteland

Slide 1 - Tekstslide

Planning
- Toets 2.1 / 2.2 / 7.1 / 7.2
- Leerdoelen
- Uitleg §2.3
- Huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Havo
Je kunt uitleggen 

- wat de kenmerken zijn van het platteland / landelijke gebied (uiterlijk, ruimtegebruik, voorzieningen)
- wat het verschil is tussen agglomeratie, stadsgewest en stedelijk gebied

MAVO 
Je kunt.....
- vertrekredenen en vestigingsredenen noemen die te maken hebben met urbanisatie en suburbanisatie.

- uitleggen hoe mobiliteit en welvaart urbanisatie en suburbanisatie beïnvloeden.

- uitleggen wat het verschil is tussen een groeikern en een Vinex-wijk.

- uitleggen waarom bereikbaarheid voor een stad belangrijk is.

Slide 3 - Tekstslide

Migratie motieven 



Push and Pull model 

Slide 4 - Tekstslide

Ik vertrek! 

  1. Jullie gaan je eigen IK VERTREK verhaal schrijven met de volgende onderdelen:
  1. het land waar ze heen vertrekken
  2. minimaal drie vertrekredenen
  3. minimaal drie vestigingsredenen
  4. wat de leerling in dat land gaat doen
  5. wie / wat de leerling meeneemt uit Nederland
  6. wie / wat de leerling het meest gaat missen in Nederland






timer
1:00

Slide 5 - Tekstslide

De stad uit
  • In steden wonen mensen dicht bij elkaar, vroeger stonken steden heel erg door de grachten, veel criminaliteit. Dit zijn allemaal vertrekredenen. Daarnaast heb je ook vestigingsredenen, dit zijn redenen waarom je naar een gebied toe wilt.

  • Hoeveel mensen er in de stad wonen, hangt af van de mobiliteit (= het gemak waarmee mensen zich kunnen verplaatsen). Door bijv. treinen verbetert de mobiliteit. 

  • Vanaf 1960 werd Nederland rijker en konden meer mensen een auto betalen. Met als gevolg dat mensen verder gingen reizen.              De overheid wilde niet dat heel Nederland werd volgebouwd, waardoor er groeikernen (een dorp of stad waar veel mensen uit een naburige stad zijn komen wonen) werden aangewezen.

Slide 6 - Tekstslide

Naar de stad toe
  • Mensen die de stad verlieten om buiten de stad te wonen, maar wel in de stad blijven werken wordt een forens genoemd.

  • Hoe gemakkelijk je op een bepaalde plaats kunt komen, heet de bereikbaarheid. 

  • Omdat het aantal auto's in Nederland groeit, wordt het steeds drukker op de weg. De overheid legt daarom meer wegen aan, maar probeert mensen met de bouw van nieuwe huizen ook weer in de grote steden te laten wonen. 
      De overheid probeert dit door het bouwen van Vinex-wijken.

Slide 7 - Tekstslide

Wat valt je op aan de ligging van de Vinex-wijken?

Slide 8 - Tekstslide

Vinex-wijk
Groeikern
Bereikbaarheid
Forens

Slide 9 - Sleepvraag

Veranderend landelijk gebied
  • Het grootste deel van de oppervlakte van Nederland wordt gebruikt voor de landbouw.

  • De mensen die in de stad wonen en werken, gaan vaak de stad uit voor rust of ruimte. Dat besteden van vrije tijd buiten je eigen huis heet recreatie

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Waarom zijn er minder voorzieningen in een dorp?

Slide 13 - Open vraag

Is jouw woonplaats vergelijkbaar met Beesd? Waarom wel/niet?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Stad
Agglomeratie
Stedelijk gebied
Suburbanisatie
Urbanisatie

Slide 18 - Sleepvraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Voor welke voorzieningen moet jij jouw woonplaats uit? En waar ga je dan heen?

Slide 23 - Open vraag

Huiswerk
Ga aan de slag met paragraaf 

2.3
7.3 

Check het bord voor de opdrachten!

Slide 24 - Tekstslide