BS 1: Bloed

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

BS 1: Bloed

Lesdoelen

• De onderdelen van het bloed kunnen benoemen.
• Weten wat de functie is van het bloedplasma.
• De taak kunnen benoemen van rode bloedcellen, witte  

       bloedcellen en bloedplaatjes.

• Kunnen benoemen waar in het lichaam nieuwe bloedcellen 

       worden gemaakt.

samenstelling bloed

Samenstelling van het bloed

Bloedplasma

Het bloed bestaat voor ongeveer 55% uit bloedplasma.

Hiervan is 91% water, 7% plasma-eiwitten en 2% opgeloste stoffen.

Het plasma vervoert onder anderen: 

Voedingsstoffen, afvalstoffen, hormonen, enzymen, antistoffen en een klein beetje zuurstof.

Bloedplasma

Éen van de plasma-eiwitten is Fibrinogeen. 

Deze eiwitten hebben (samen met de bloedplaatjes) een belangrijke rol bij de bloedstolling.

Rode bloedcellen

Rode bloedcellen

• Rode bloedcellen is het vervoeren van zuurstof.

 

• Met behulp van Hemoglobine (een eiwit) wordt zuurstof  makkelijker vervoerd   omdat het zuurstof aan zich bindt.  

     Hemoglobine geeft de rode kleur aan bloed.

     Om hemoglobine te maken is ijzer nodig.

• Rode bloedcellen hebben geen celkern
  

• Rode bloedcellen worden gemaakt uit stamcellen in het rode   beenmerg van in de koppen van de pijpbeenderen en in   platte beenderen.  (zie volgende dia)

Ontstaan bloedcellen

Witte bloedcellen (1)

• Hebben wel een celkern.
• Hebben geen vaste vorm.
• 2 type witten bloedcellen:

       *Witte bloedcellen die         

        ziekteverwekkers
insluiten.

      *En witte bloedcellen die     

        antistoffen produceren. 

Witte bloedcellen (2)

* Witte bloedcellen gemaakt 

   uit stamcellen in het rode 

   beenmerg.

* Verder ruimen ze de resten  

   van dode bloedcellen op.

Witte bloedcellen die bacteriën insluiten 

Witte bloedcellen die antisloffen maken

Bloedplaatjes

• Geen cellen, maar delen van uiteengevallen cellen.
• Geen celkern.
• Zorgen samen met fibrinogeen (plasma eiwit) voor de bloedstolling. 

Bloedplaatjes